Einde inhoudsopgave
Aanvullend Akkoord ter toepassing van het Europees Verdrag inzake sociale zekerheid
Artikel 83
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1977
- Bronpublicatie:
14-12-1972, Trb. 1976, 158 (uitgifte: 25-10-1976, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1977
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-02-1977, Trb. 1977, 35 (uitgifte: 01-01-1977, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
Sociale zekerheid nabestaanden / Algemeen
1.
Om in aanmerking te komen voor gezinsuitkeringen op het grondgebied van de Verdragsluitende Partij waarop zij wonen, leggen de in artikel 62 van het Verdrag bedoelde gezinsleden aan het orgaan van hun woonplaats een bewijs over waarin wordt verklaard dat de belanghebbende in het genot is van werkloosheidsuitkeringen krachtens de wettelijke regeling van een andere Verdragsluitende Partij en dat hij recht zou hebben op gezinsuitkeringen indien hij met zijn gezinsleden op het grondgebied van de bevoegde Staat woonde. Dit bewijs wordt afgegeven hetzij door het voor werkloosheid bevoegde orgaan van laatstbedoelde Staat, hetzij door een ander door de bevoegde autoriteit van deze Staat aangewezen orgaan. Indien de gezinsleden dit bewijs niet overleggen, verzoekt het orgaan van de woonplaats daarom aan het bevoegde orgaan.
2.
De artikelen 81 en 82 van het Akkoord zijn van overeenkomstige toepassing.