Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
2.4 Middelen van bestaan
Geldend
Geldend vanaf 23-05-2018
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (16-05-2018).
- Bronpublicatie:
04-05-2018, Stcrt. 2018, 26337 (uitgifte: 15-05-2018, regelingnummer: WBV 2018/2)
- Inwerkingtreding
23-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-05-2018, Stcrt. 2018, 26337 (uitgifte: 15-05-2018, regelingnummer: WBV 2018/2)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
In aanvulling op artikel 3.22 VV en paragraaf B1/4.3 beschouwt de IND de middelen van bestaan uit de volgende inkomensbronnen als zelfstandig in de zin van artikel 3.73 Vb:
- •
een inkomen uit een studiebeurs;
- •
een inkomen uit periodieke betalingen uit sponsorgelden of anderszins; of
- •
een bedrag dat op een ten name van de vreemdeling gestelde bankrekening in Nederland beschikbaar is.
Op grond van artikel 3.75, vierde lid, Vb en artikel 3.22 VV beschouwt de IND middelen van bestaan als duurzaam als:
- •
deze op het tijdstip waarop de aanvraag regulier voor bepaalde tijd is ontvangen of de beschikking wordt gegeven, voor een jaar of zoveel korter als de voorgenomen studie in Nederland duurt, beschikbaar zijn; of
- •
naar het oordeel van Onze Minister voldoende zekerheid is verschaft over het ongestoorde verloop van de periodieke geldstroom als het verblijf en de studie van de vreemdeling in Nederland met periodieke betalingen wordt bekostigd.