Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 6/2002 betreffende Gemeenschapsmodellen
Artikel 89 Sancties terzake van inbreuken
Geldend
Geldend vanaf 06-03-2002
- Bronpublicatie:
12-12-2001, PbEG 2002, L 3 (uitgifte: 05-01-2002, regelingnummer: 6/2002)
- Inwerkingtreding
06-03-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-12-2001, PbEG 2002, L 3 (uitgifte: 05-01-2002, regelingnummer: 6/2002)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
1.
Wanneer een rechtbank voor het Gemeenschapsmodel in een procedure betreffende een inbreuk of dreigende inbreuk van oordeel is dat de gedaagde inbreuk op een Gemeenschapsmodel heeft gemaakt of heeft gedreigd te maken, gelast zij, tenzij er bijzondere redenen zijn om dit niet te doen, de volgende maatregelen:
- a)
een verbod aan de gedaagde de handelingen te verrichten die inbreuk hebben gemaakt of zouden maken op het Gemeenschapsmodel;
- b)
inbeslagname van de inbreukmakende voortbrengselen;
- c)
inbeslagname van de materialen en gereedschappen die voornamelijk worden gebruikt voor de vervaardiging van de inbreukmakende voortbrengselen, indien de eigenaar ervan op de hoogte is van het doel waarvoor deze materialen en gereedschappen worden gebruikt of indien dit doel duidelijk uit de omstandigheden blijkt;
- d)
oplegging van andere passende sancties waarin wordt voorzien in het recht, met inbegrip van het internationaal privaatrecht, van de lidstaat waar de handelingen die inbreuk maken of dreigen te maken, zijn verricht.
2.
De rechtbank voor het Gemeenschapsmodel treft tevens maatregelen overeenkomstig het nationale recht om de in de lid 1 genoemde bevelen te doen naleven.