Einde inhoudsopgave
Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren
Artikel 33m
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
09-12-2016, Stb. 2016, 501 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-12-2016, Stb. 2016, 503 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De vrouwelijke rechterlijk ambtenaar, die wordt ontslagen in het tijdvak waarin zij zwangerschaps- en bevallingsverlof als bedoeld in artikel 3:1 van de Wet arbeid en zorg geniet, ontvangt met ingang van de datum van haar ontslag de laatstelijk genoten bezoldiging gedurende een periode die gelijk is aan de op de datum van ontslag nog resterende duur van haar zwangerschaps- en bevallingsverlof.
2.
De vrouwelijke gewezen rechterlijk ambtenaar wier bevalling waarschijnlijk is binnen vier maanden na het tijdstip van ingang van haar ontslag, ontvangt de laatstelijk genoten bezoldiging gedurende de periode die aanvangt op de 41e dag voorafgaand aan de vermoedelijke datum van bevalling en eindigt op de 70e dag na de datum waarop de bevalling heeft plaatsgevonden. De in de eerste volzin bedoelde periode wordt verlengd tot 16 weken, indien die periode door een voortijdige bevalling minder dan 16 weken heeft bedragen.
3.
De vrouwelijke gewezen rechterlijk ambtenaar wier bevalling niet wordt verwacht binnen vier maanden na het tijdstip van ingang van haar ontslag, maar niettemin binnen die termijn bevalt, ontvangt de laatstelijk genoten bezoldiging gedurende de periode die aanvangt op de datum van bevalling en eindigt op de 70e dag na de datum waarop de bevalling heeft plaatsgevonden.
4.
De artikelen 20, tweede lid, 25, 25a, eersteen derde lid, 28, 29, 29a, 31 en 33l, tweede en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de doorbetaling van de laatstelijk genoten bezoldiging, bedoeld in het eerste tot en met derde lid, met dien verstande dat voor de overeenkomstige toepassing van 33l, tweede en derde lid, in plaats van ‘gedurende haar zwangerschaps- en bevallingsverlof of gedurende een bepaalde periode van dat verlof’ wordt gelezen: gedurende de periode dat zij op basis van artikel 33m, eerste tot en met derde lid, de laatstelijk genoten bezoldiging ontvangt.