Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 1024/2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen
Artikel 27 Beroepsgeheim en uitwisseling van informatie
Geldend
Geldend vanaf 03-11-2013
- Bronpublicatie:
15-10-2013, PbEU 2013, L 287 (uitgifte: 29-10-2013, regelingnummer: 1024/2013)
- Inwerkingtreding
03-11-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-10-2013, PbEU 2013, L 287 (uitgifte: 29-10-2013, regelingnummer: 1024/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De leden van de raad van toezicht, de personeelsleden van de ECB en de door deelnemende lidstaten gedetacheerde personeelsleden die toezichttaken vervullen, zijn, ook na beëindiging van hun taken, gehouden aan de voorschriften inzake beroepsgeheim van artikel 37 van de statuten van het ESCB en de ECB en van de toepasselijke handelingen van het Unierecht.
De ECB zorgt ervoor dat personen die permanent of occasioneel, direct of indirect, diensten verstrekken voor de uitoefening van toezichttaken, aan gelijkwaardige voorschriften inzake beroepsgeheim worden onderworpen.
2.
Met het oog op de toepassing van de haar bij deze verordening opgedragen taken is de ECB, binnen de grenzen en onder de voorwaarden die in het toepasselijke Unierecht zijn omschreven, gemachtigd om met nationale of autoriteiten van de Unie en organen informatie uit te wisselen in de gevallen waarin de nationale bevoegde autoriteiten krachtens het toepasselijke Unierecht informatie aan die entiteiten openbaar mogen maken of waarin de lidstaten krachtens het toepasselijke Unierecht in die openbaarmaking mogen voorzien.