Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1805 inzake de wederzijdse erkenning van bevriezingsbevelen en confiscatiebevelen
Artikel 26 Samenloop van bevelen
Geldend
Geldend vanaf 18-12-2018
- Bronpublicatie:
14-11-2018, PbEU 2018, L 303 (uitgifte: 28-11-2018, regelingnummer: 2018/1805)
- Inwerkingtreding
18-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2018, PbEU 2018, L 303 (uitgifte: 28-11-2018, regelingnummer: 2018/1805)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Indien de uitvoerende autoriteit twee of meer bevriezings- of confiscatiebevelen uit verschillende lidstaten die zijn uitgevaardigd tegen dezelfde persoon ontvangt, en die persoon niet beschikt over voldoende voorwerpen in de uitvoerende staat om aan alle bevelen te voldoen, of indien de uitvoerende autoriteit twee of meer bevriezings- of confiscatiebevelen ontvangt met betrekking tot hetzelfde specifieke voorwerp, beslist de uitvoerende autoriteit welk van de bevelen ten uitvoer moet worden gelegd volgens het recht van de uitvoerende staat, onverminderd de mogelijkheid tot uitstel van de tenuitvoerlegging van een confiscatiebevel overeenkomstig artikel 21.
2.
Bij het nemen van haar beslissing laat de uitvoerende autoriteit, waar mogelijk, de belangen van slachtoffers voorgaan. Zij neemt tevens alle andere relevante omstandigheden in aanmerking, onder meer:
- a)
of de vermogensbestanddelen reeds zijn bevroren;
- b)
de datums van de betrokken bevelen en de datums van toezending;
- c)
de ernst van het betrokken strafbare feit; alsmede
- d)
de plaats waar het strafbare feit werd gepleegd.