Einde inhoudsopgave
Tweede Protocol, opgesteld op grond van Artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen
Artikel 1 Definities
Geldend
Geldend vanaf 19-05-2009
- Bronpublicatie:
19-06-1997, Trb. 1997, 251 (uitgifte: 11-09-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
19-05-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-04-2009, Trb. 2009, 62 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Financiering
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
In dit protocol wordt verstaan onder:
- a.
‘overeenkomst’: de Overeenkomst opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 19951);
- b.
‘fraude’: de gedragingen, bedoeld in artikel 1 van de overeenkomst;
- c
- —
‘passieve corruptie’: de gedragingen bedoeld in artikel 2 van het protocol opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 27 september 19962),
- —
‘actieve corruptie’: de gedragingen bedoeld in artikel 3 van hetzelfde protocol;
- d.
‘rechtspersoon’: ieder lichaam dat deze hoedanigheid krachtens het toepasselijke nationale recht bezit, met uitzondering van de staten of andere overheidslichamen in de uitoefening van hun openbare macht en van de publiekrechtelijke internationale organisaties;
- e.
‘witwassen van geld’: de gedraging, als omschreven in artikel 1, derde streepje, van Richtlijn 91/308/EEG van de Raad van 10 juni 1991 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld3), met betrekking tot de opbrengsten van fraude, ten minste in ernstige gevallen, en van actieve en passieve corruptie.