Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 236/2012 betreffende short selling en bepaalde aspecten van kredietverzuimswaps
Artikel 23 De bevoegdheid om short selling in financiële instrumenten tijdelijk te beperken in het geval van een aanmerkelijke koersdaling
Geldend
Geldend vanaf 25-03-2012
- Bronpublicatie:
14-03-2012, PbEU 2012, L 86 (uitgifte: 24-03-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
25-03-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-03-2012, PbEU 2012, L 86 (uitgifte: 24-03-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Wanneer op een handelsplatform de koers van een financieel instrument in één enkele handelsdag aanmerkelijk gedaald is ten opzichte van de slotkoers van de vorige handelsdag op dat handelsplatform, overweegt de voor dat handelsplatform bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst of het passend is om natuurlijke of rechtspersonen een verbod of een beperking op te leggen met betrekking tot het aangaan van short selling in het financieel instrument op dat handelsplatform, of anderszins grenzen te stellen aan transacties in dat financieel instrument op dat handelsplatform, teneinde te voorkomen dat de koers van het financiële instrument op wanordelijke wijze daalt.
Indien de bevoegde autoriteit zich krachtens de eerste alinea ervan heeft vergewist dat het passend is om dit te doen, legt zij, wat aandelen of schuldinstrumenten betreft, aan natuurlijke of rechtspersonen een verbod of beperking op met betrekking tot het aangaan van een shorttransactie op dat handelsplatform, of stelt zij, wat andere soorten financiële instrumenten betreft, grenzen aan transacties in dat financieel instrument op dat handelsplatform, teneinde te voorkomen dat de koers van de financiële instrumenten op wanordelijke wijze daalt.
2.
De krachtens lid 1 genomen maatregel geldt uiterlijk tot het einde van de handelsdag volgend op de handelsdag waarop de koersdaling zich voordoet. Als de waarde van het financiële instrument, aan het einde van de handelsdag volgend op de handelsdag waarop de prijsval zich heeft voorgedaan, er ondanks de opgelegde maatregel een verdere aanmerkelijke daling vertoont van de helft van het in paragraaf[lees: lid] 5 bepaalde waarde ten opzichte van de slotkoers van de eerste handelsdag, kan de bevoegde autoriteit de maatregel na het einde van de tweede handelsdag met maximaal twee handelsdagen verlengen.
3.
De krachtens lid 1 genomen maatregel kan van toepassing zijn in omstandigheden of onderworpen zijn aan uitzonderingen die door de bevoegde autoriteit worden gespecificeerd. Uitzonderingen kunnen in het bijzonder worden gespecificeerd voor activiteiten van marketmakers en voor activiteiten op de primaire markt.
4.
Een bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst van een handelsplatform waar een financieel instrument gedurende één handelsdag een waardedaling als bedoeld in lid 5 heeft vertoond, stelt ESMA uiterlijk twee uur na het einde van die handelsdag in kennis van het besluit dat zij overeenkomstig lid 1 heeft genomen. ESMA stelt onverwijld de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de handelsplatformen die hetzelfde financiële instrument verhandelen in kennis.
Indien een bevoegde autoriteit het oneens is met de maatregelen die een andere bevoegde autoriteit heeft genomen ten aanzien van een financieel instrument dat wordt verhandeld op andere handelsplatformen die onder andere bevoegde autoriteiten vallen, kan ESMA deze autoriteiten overeenkomstig artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 helpen tot overeenstemming te komen.
De verzoening wordt vóór middernacht aan het einde van dezelfde handelsdag afgerond. Indien de betrokken bevoegde autoriteiten er tijdens de verzoeningsfase niet in slagen tot overeenstemming te komen, kan ESMA overeenkomstig artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1095/2010 een besluit nemen. Het besluit wordt vóór de opening van de volgende handelsdag genomen.
5.
Voor liquide aandelen zoals gedefinieerd in artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1287/2006 is de waardedaling 10 % of meer en voor niet-liquide aandelen en andere categorieën financiële instrumenten wordt deze door de Commissie gespecificeerd.
6.
ESMA kan, rekening houdend met de ontwikkelingen op de financiële markten, aan de Commissie advies uitbrengen over de noodzaak tot aanpassing van de in lid 5 bedoelde drempel.
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 42 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van de in lid 5 van dit artikel bedoelde drempels om rekening te houden met de ontwikkelingen op de financiële markten.
7.
De Commissie stelt overeenkomstig artikel 42 gedelegeerde handelingen vast om te specificeren wat onder een aanmerkelijke waardedaling voor andere financiële instrumenten dan liquide aandelen moet worden verstaan, en houdt daarbij rekening met de specifieke kenmerken van elke categorie financiële instrumenten.
8.
Om een consequente toepassing van dit artikel te garanderen, stelt ESMA ontwerpen van technische reguleringsnormen op om de methode te specificeren voor de berekening van de waardedaling met 10 % voor liquide aandelen en de door de Commissie gespecificeerde waardedaling als bedoeld in lid 7.
ESMA legt tegen 31 maart 2012 deze ontwerpen van technische reguleringsnormen aan de Commissie voor.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd de in de eerste alinea bedoelde technische regelgevingsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.