Einde inhoudsopgave
Tribunaalbesluit
Artikel 31
Geldend
Geldend vanaf 26-05-1945
- Bronpublicatie:
19-05-1945, Stb. 1945, F 75 (uitgifte: 01-01-1945, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-05-1945
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-05-1945, Stb. 1945, F 75 (uitgifte: 01-01-1945, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Militair strafrecht en strafprocesrecht
1.
Na den aanvang van het voorbereidend onderzoek is ten aanzien van het verkeer tusschen den raadsman en den beschuldigde, die zich in verzekerde bewaring bevindt, het bepaalde in artikel 50, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering van overeenkomstige toepassing.
2.
Een bevel, als bedoeld in het tweede lid van dat artikel, kan hetzij door het Tribunaal, hetzij door den commissaris worden gegeven, met dien verstande, dat het bevel van den commissaris niet langer dan zes dagen van kracht en het derde lid van dat artikel te dien aanzien van overeenkomstige toepassing is. Alle door het Tribunaal of den commissaris bevolen belemmeringen in het vrij verkeer tusschen raadsman en beschuldigde nemen een einde, zoodra de beschuldigde ter zitting van het Tribunaal is gedagvaard.
3.
Het bepaalde in het eerste lid laat onverlet de belemmeringen in het verkeer tusschen raadsman en beschuldigde, welke door den rechter of het openbaar ministerie mochten zijn bevolen, indien de beschuldigde tevens ter zake van eenig strafbaar feit wordt vervolgd. Nochtans zal de beschuldigde, zoolang hem het vrij verkeer met zijn raadsman is belet, niet ter zitting van het Tribunaal worden gedagvaard.