Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
25.1.3 Redenen afwijzing verzoek om uitstel
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
30-06-2021, Stcrt. 2021, 33908 (uitgifte: 01-07-2021, regelingnummer: 2021-14323)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-06-2021, Stcrt. 2021, 33908 (uitgifte: 01-07-2021, regelingnummer: 2021-14323)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Een verzoek om uitstel van betaling wordt in ieder geval afgewezen als:
- a.
het verzoek niet schriftelijk is ingediend, tenzij sprake is van een verzoek om uitstel als bedoeld in artikel 25.5.3 of 25.6.2d;
- b.
de medewerking van de verzoeker aan de Belastingdienst naar het oordeel van de ontvanger onvoldoende is;
- c.
onjuiste gegevens worden verstrekt;
- d.
de gevraagde gegevens niet (volledig) binnen de door de ontvanger daartoe gestelde termijn zijn verstrekt. Als de verstrekte gegevens onvolledig zijn, stelt de ontvanger de belastingschuldige in de gelegenheid de ontbrekende gegevens alsnog binnen twee weken te verstrekken;
- e.
de gevraagde zekerheid niet wordt gesteld (zie artikel 25.1.13, 25.2.5, 25.5.2 en 25.6.2 van deze leidraad);
- f.
de waarde van vermogensobjecten in redelijkheid te gelde kan worden gemaakt teneinde daarmee de verschuldigde belasting te betalen;
- g.
de berekende betalingscapaciteit zodanig is dat de schuld direct voldaan kan worden;
- h.
de betalingsregeling zich over een voor de ontvanger onaanvaardbare termijn uitstrekt;
- i.
de betalingsproblemen structureel zijn en een betalingsregeling volgens de ontvanger geen uitkomst zal bieden;
- j.
sprake is van een verzoek om uitstel van betaling van een belastingaanslag in verband met betalingsmoeilijkheden en voorafgaande aan dat verzoek uitstel is genoten in verband met een bezwaar- of beroepsprocedure tegen die aanslag, terwijl gedurende die procedure betalingsmiddelen ter beschikking hebben gestaan, waarmee de belastingschuld kon worden betaald.
De ontvanger is niet verplicht de belastingschuldige in de gelegenheid te stellen zijn zienswijze naar voren te laten brengen voordat hij het verzoek om uitstel geheel of gedeeltelijk afwijst. Als het verzoek om uitstel wordt afgewezen, moet gemotiveerd worden waarom tot afwijzing van het verzoek is besloten. Daarbij moeten alle afwijzingsgronden worden genoemd; er kan niet worden volstaan met het noemen van de voornaamste afwijzingsgrond.