Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
25.6.2D Kort uitstel van betaling voor ondernemers
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2022
- Bronpublicatie:
28-09-2022, Stcrt. 2022, 24558 (uitgifte: 30-09-2022, regelingnummer: 2022-226090)
- Inwerkingtreding
01-10-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-09-2022, Stcrt. 2022, 24558 (uitgifte: 30-09-2022, regelingnummer: 2022-226090)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Ondernemers kunnen zonder nader onderzoek op schriftelijk of telefonisch verzoek kort uitstel van betaling krijgen. Dit uitstel bedraagt maximaal vier maanden na de laatste vervaldag van de (oudste) aanslag.
De voorwaarden die aan de[lees: de] ontvanger stelt aan dit uitstel zijn:
- a.
De totale openstaande schuld van de belastingschuldige bedraagt minder dan € 20.000. Hierbij wordt geen rekening gehouden met belastingschuld waarvoor uitstel van betaling in verband met een ingediend bezwaar- of beroepschrift is verleend.
- b.
Er staan ten name van de belastingschuldige geen belastingaanslagen open waarvoor dwangbevelen zijn betekend.
- c.
Er staat geen vergrijpboete open.
- d.
Aan de belastingschuldige is niet voor dezelfde belastingaanslag of voor andere aanslagen uitstel van betaling in verband met betalingsproblemen of uitstel in verband met een te verwachten uit te betalen bedrag verleend.
- e.
Het verzoek betreft niet een voorlopige aanslag als bedoeld in artikel 9, vijfde lid, van de wet die in meerdere termijnen betaald mag worden.
- f.
Er is geen sprake van een aangifteverzuim voor de belastingschuld waarvoor om uitstel van betaling wordt verzocht.