Einde inhoudsopgave
Algemene wet bestuursrecht
Artikel 5:46 [Hoogte boete]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2009
- Bronpublicatie:
25-06-2009, Stb. 2009, 264 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken: 29702)
- Inwerkingtreding
01-07-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2009, Stb. 2009, 266 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Boete
1.
De wet bepaalt de bestuurlijke boete die wegens een bepaalde overtreding ten hoogste kan worden opgelegd.
2.
Tenzij de hoogte van de bestuurlijke boete bij wettelijk voorschrift is vastgesteld, stemt het bestuursorgaan de bestuurlijke boete af op de ernst van de overtreding en de mate waarin deze aan de overtreder kan worden verweten. Het bestuursorgaan houdt daarbij zo nodig rekening met de omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd.
3.
Indien de hoogte van de bestuurlijke boete bij wettelijk voorschrift is vastgesteld, legt het bestuursorgaan niettemin een lagere bestuurlijke boete op indien de overtreder aannemelijk maakt dat de vastgestelde bestuurlijke boete wegens bijzondere omstandigheden te hoog is.
4.
Artikel 1, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht is van overeenkomstige toepassing.