Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Buitenland 2001
Artikel 52
Geldend
Geldend vanaf 02-08-2021. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
18-07-2021, Stcrt. 2021, 35364 (uitgifte: 23-07-2021, regelingnummer: 2021-0000374855)
- Inwerkingtreding
02-08-2021, terugwerkend tot: 01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-07-2021, Stcrt. 2021, 35364 (uitgifte: 23-07-2021, regelingnummer: 2021-0000374855)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
Een aanvraag waarbij niet is voldaan aan het bepaalde in de artikelen 2.1 tot en met 2.17 van het besluit en de artikelen 11 tot en met 51 wordt niet in behandeling genomen.
2.
Indien de daartoe aangewezen ambtenaar, met inachtneming van het bij of krachtens de wet bepaalde, heeft beslist dat het aangevraagde reisdocument kan worden uitgereikt, worden in de aanvraag vermeld het feit van deze verstrekking, de datum van deze verstrekking en de datum waarop de geldigheidsduur van het uit te reiken reisdocument eindigt.
3.
In de aanvraag voor een reisdocument waarbij sprake is van een weigering of vervallenverklaring wordt, afhankelijk van de genomen beslissing, vermeld voor welke landen het reisdocument geldig is.
4.
In de aanvraag voor een reisdocument voor vluchtelingen dan wel een reisdocument voor vreemdelingen wordt, afhankelijk van de nationaliteit van de persoon aan wie het reisdocument wordt uitgereikt, aangegeven welk land van de territoriale geldigheid is uitgesloten.
5.
In de aanvraag voor een reisdocument voor vreemdelingen, uit te reiken aan een staatloze, wordt aangegeven dat diens status van staatloze in het reisdocument moet worden vermeld.
6.
De daartoe aangewezen persoon vermeldt in de aanvraag de verstrekkende autoriteit.