Einde inhoudsopgave
Gerechtsdeurwaarderswet
Artikel 48 [Mogelijke beslissingen]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2016
- Bronpublicatie:
17-02-2016, Stb. 2016, 93 (uitgifte: 07-03-2016, kamerstukken: 34047)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-03-2016, Stb. 2016, 132 (uitgifte: 06-04-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Gerechtsdeurwaarder
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
Het gerechtshof bevestigt de beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders, hetzij met overneming, hetzij met verbetering van de gronden, of doet met gehele of gedeeltelijke vernietiging van de beslissing, hetgeen de kamer voor gerechtsdeurwaarders had behoren te doen. De beslissing van het gerechtshof is met redenen omkleed en wordt in het openbaar uitgesproken, alles op straffe van nietigheid.
2.
Indien het gerechtshof een beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders tot niet-ontvankelijkheid vernietigt, wordt de zaak ter verdere behandeling teruggezonden aan de kamer voor gerechtsdeurwaarders.
3.
Indien alleen de betrokken gerechtsdeurwaarder hoger beroep heeft ingesteld, kan het gerechtshof alleen met eenparigheid van stemmen de opgelegde maatregel verzwaren.
4.
De griffier zendt onverwijld afschrift van de beslissing van het gerechtshof aan de kamer voor gerechtsdeurwaarders, aan Onze Minister, het bestuur van de KBvG, het Bureau, de betrokken gerechtsdeurwaarder en aan de klager.
5.
De griffier zendt zo spoedig mogelijk afschrift van een beslissing als bedoeld in het tweede lid, aan de kamer voor gerechtsdeurwaarders, onder medezending van de op de zaak betrekking hebbende stukken.