Einde inhoudsopgave
Overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Zuid-Afrika, anderzijds
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2004
- Bronpublicatie:
11-10-1999, Trb. 2000, 45 (uitgifte: 01-05-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-07-2004, Trb. 2004, 183 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
Overeenkomst van 11 oktober 1999
Het Koninkrijk België,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
Ierland,
de Italiaanse Republiek,
het Groothertogdom Luxemburg,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk,
de Portugese Republiek,
de Republiek Finland,
het Koninkrijk Zweden,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
hierna ‘lidstaten’ te noemen, en
de Europese Gemeenschap, hierna ‘Gemeenschap’ te noemen, enerzijds, en
de Republiek Zuid-Afrika, hierna ‘Zuid-Afrika’ te noemen, anderzijds,
hierna ‘partijen’ te noemen,
Gelet op het belang van de bestaande vriendschaps- en samenwerkingsbanden tussen de Gemeenschap, de lidstaten en Zuid-Afrika en de gemeenschappelijke waarden van de partijen;
Overwegende dat de Gemeenschap, de lidstaten en Zuid-Afrika deze banden wensen te versterken en nauwe en duurzame betrekkingen tot stand wensen te brengen, gebaseerd op wederkerigheid, partnerschap en gezamenlijke ontwikkeling;
Gelet op de historische verrichtingen van het Zuid-Afrikaanse volk, met name de afschaffing van het apartheidsstelsel en de opbouw van een nieuwe politieke orde, gebaseerd op de rechtsstaat, de mensenrechten en de democratie;
Zich bewust van de politieke en financiële steun van de Gemeenschap en de lidstaten voor dit proces van politieke verandering en overgang in Zuid-Afrika;
Herinnerende aan de sterke gehechtheid van de partijen aan de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties en aan de democratische beginselen en fundamentele mensenrechten, als omschreven in de Universele Verklaring van de rechten van de mens;
Verwijzende naar de op 10 oktober 1994 ondertekende Samenwerkingsovereenkomst tussen de Gemeenschap en Zuid-Afrika;
Herinnerende aan de wens van de partijen zo nauw mogelijke betrekkingen tot stand te brengen tussen Zuid-Afrika en de landen die partij zijn bij de ACS-EG-Overeenkomst van Lomé, ten blijke waarvan op 24 april 1997 het Protocol betreffende de toetreding van Zuid-Afrika tot de Vierde ACS-EG-Overeenkomst van Lomé, zoals gewijzigd bij de op 4 november 1995 te Mauritius ondertekende Overeenkomst, werd ondertekend;
Rekening houdende met de rechten en verplichtingen van de partijen in het kader van hun lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie, de noodzaak bij te dragen tot de tenuitvoerlegging van de resultaten van de Uruguay-ronde, en de eerdere inspanningen van beide partijen in dit verband;
Herinnerende aan de gehechtheid van de partijen aan de beginselen en regels van het internationale handelsverkeer en aan hun streven deze op transparante en niet-discriminerende wijze toe te passen;
Bevestigende de steun en inspanningen van de Gemeenschap en de lidstaten ten gunste van het proces van handelsliberalisering en economische herstructurering in Zuid-Afrika;
Zich bewust van de inspanningen van de regering van Zuid-Afrika om zorg te dragen voor de economische en sociale ontwikkeling van de bevolking van Zuid-Afrika;
Met klem wijzende op het belang dat de Europese Unie en Zuid-Afrika hechten aan de succesvolle tenuitvoerlegging van het Zuid-Afrikaanse programma voor wederopbouw en ontwikkeling;
Bevestigende de verbintenis van beide partijen de regionale samenwerking en economische integratie tussen de landen in zuidelijk Afrika, alsmede de liberalisering van de handel tussen deze landen onderling te bevorderen;
Overwegende dat de partijen ervoor zorg dragen dat hun wederzijdse afspraken geen beletsel vormen voor het proces van herstructurering van de douane-unie van zuidelijk Afrika (SACU), in het kader waarvan Zuid-Afrika samenwerkt met vier ACS-landen;
Wijzende op het belang dat beide partijen hechten aan de waarden en beginselen die zijn opgenomen in de slotverklaringen van de Internationale Conferentie over bevolking en ontwikkeling in 1994 in Cairo, de Wereldtop voor sociale ontwikkeling in maart 1995 in Kopenhagen, en de Vierde Wereldvrouwenconferentie in 1995 in Peking;
Opnieuw bevestigende dat de partijen zich verbinden tot economische en sociale ontwikkeling en eerbiediging van de fundamentele rechten van werknemers, met name door toepassing van de IAO-verdragen over onderwerpen als de vrijheid van vakvereniging, het recht collectief te onderhandelen, non-discriminatie, afschaffing van dwangarbeid en kinderarbeid;
Herinnerende aan het belang van het tot stand brengen van een regelmatige politieke dialoog in bilateraal en multilateraal verband over zaken van wederzijds belang,
Zijn als volgt overeengekomen:
Verdragpartijgroep