Einde inhoudsopgave
Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds
Artikel 49
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1998
- Bronpublicatie:
14-06-1994, Trb. 1994, 230 (uitgifte: 04-11-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-02-1998, Trb. 1998, 52 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De Partijen komen overeen, door de toepassing van hun mededingingsvoorschriften of anderszins, te bewerkstelligen dat beperkingen van de mededinging door ondernemingen of ten gevolge van overheidsmaatregelen, voor zover zij de handel tussen de Gemeenschap en Oekraïne ongunstig kunnen beïnvloeden, ongedaan worden gemaakt of worden opgeheven.
2.
Met het oog op de verwezenlijking van de in lid 1 genoemde doelstellingen:
- 2.1.
zorgen de Partijen ervoor dat zij over wetgeving beschikken ter bestrijding van mededingingsbeperkingen door de onder hun rechtsbevoegdheid vallende ondernemingen en op de naleving ervan toezien.
- 2.2.
zien de Partijen af van de toekenning van staatssteun aan bepaalde ondernemingen, voor de produktie van goederen die geen basisprodukten zijn als bedoeld in de GATT, of voor diensten, voor zover hierdoor de mededinging wordt vervalst of dreigt te worden vervalst en in de mate dat deze steun de handel tussen de Gemeenschap en Oekraïne ongunstig beïnvloedt;
- 2.3.
verstrekt de ene Partij de andere op haar verzoek informatie over haar steunprogramma's of over bepaalde afzonderlijke gevallen van staatssteun; de Partijen dienen geen informatie te verstrekken waarop wettelijke voorschriften inzake het beroeps- of bedrijfsgeheim van toepassing zijn;
- 2.4.
verklaren de Partijen zich met betrekking tot de staatsmonopolies van commerciële aard, bereid vanaf het vierde jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst erop toe te zien dat niet wordt gediscrimineerd tussen onderdanen van de Partijen met betrekking tot de voorwaarden waaronder goederen worden aangeschaft of verkocht;
- 2.5.
verklaren de Partijen zich met betrekking tot de overheidsbedrijven en de ondernemingen waaraan de Lid-Staten of Oekraïne uitsluitende rechten verlenen, bereid vanaf het vierde jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst erop toe te zien dat geen maatregelen worden vastgesteld of gehandhaafd die voor de respectieve belangen van de Partijen nadelige distorsies van de handel tussen de Gemeenschap en Oekraïne tot gevolg hebben; deze bepaling vormt geen juridische of feitelijke belemmering voor de vervulling van de aan de bedoelde ondernemingen opgedragen bijzondere taken;
- 2.6.
kan de in lid 2, punten 4) en 5), genoemde termijn bij onderlinge overeenstemming tussen de Partijen worden verlengd.
3.
Op verzoek van de Gemeenschap of Oekraïne kan binnen het Samenwerkingscomité overleg plaatshebben over de in leden 1 en 2 bedoelde beperkingen of vervalsing van de mededinging en over het doen naleven van de mededingingsvoorschriften, met inachtneming van de wettelijke beperkingen betreffende de bekendmaking van gegevens, de vertrouwelijkheid van informatie en het bedrijfsgeheim. Het overleg kan eveneens betrekking hebben op problemen in verband met de uitlegging van de leden 1 en 2.
4.
De Partijen met ervaring op het gebied van de toepassing van mededingingsvoorschriften stellen alles in het werk om de andere Partijen, op hun verzoek en binnen de grenzen van de beschikbare middelen, technische bijstand te verlenen met betrekking tot de uitwerking en tenuitvoerlegging van mededingingsvoorschriften.
5.
Bovenstaande bepalingen doen op geen enkele wijze afbreuk aan de rechten van de Partijen om afdoende maatregelen, en met name die bedoeld in artikel 19, te nemen met betrekking tot distorsies van de handel in goederen of diensten.