Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 806/2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk afwikkelingsfonds en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010
Artikel 69 Streefbedrag
Geldend
Geldend vanaf 19-08-2014
- Bronpublicatie:
15-07-2014, PbEU 2014, L 225 (uitgifte: 30-07-2014, regelingnummer: 806/2014)
- Inwerkingtreding
19-08-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-07-2014, PbEU 2014, L 225 (uitgifte: 30-07-2014, regelingnummer: 806/2014)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Uiterlijk aan het eind van een initiële periode van acht jaar vanaf 1 januari 2016 of anders vanaf de datum waarop dit lid krachtens artikel 99, lid 6, van toepassing wordt, bereiken de beschikbare financiële middelen van het Fonds ten minste 1 % van het bedrag van de gedekte deposito's van alle instellingen waaraan in alle deelnemende lidstaten vergunning is verleend.
2.
Tijdens de in lid 1 bedoelde initiële periode worden de overeenkomstig artikel 70 berekende en overeenkomstig artikel 67, lid 4, geïnde bijdragen aan het Fonds zo evenwichtig mogelijk in de tijd gespreid totdat het streefbedrag bereikt is, waarbij evenwel terdege rekening wordt gehouden met de conjunctuurcyclus en met het mogelijke effect van procyclische bijdragen op de financiële positie van de instellingen die de bijdragen betalen.
3.
De afwikkelingsraad verlengt de in lid 1 bedoelde initiële periode met ten hoogste vier jaar in het geval dat het Fonds gecumuleerde uitbetalingen van meer dan 0,5 % van het totale in lid 1 bedoelde bedrag aan gedekte deposito's verricht en indien aan de criteria van de in lid 5, punt b), bedoelde gedelegeerde handeling wordt voldaan.
4.
Indien de beschikbare financiële middelen na de in lid 1 bedoelde initiële periode dalen tot onder het in dat lid vermelde streefbedrag, worden de reguliere bijdragen, berekend overeenkomstig artikel 70, geïnd totdat het streefbedrag is bereikt. Deze bijdragen worden vastgesteld op een niveau waarbij het mogelijk wordt gemaakt dat het streefbedrag binnen zes jaar kan worden bereikt nadat het streefbedrag voor het eerst is bereikt en indien de beschikbare financiële middelen vervolgens zijn teruggebracht tot minder dan twee derde van het streefbedrag.
Bij het vaststellen van de jaarlijkse bijdragen in het kader van dit lid wordt terdege rekening gehouden met de conjunctuurcyclus en met het mogelijke effect van procyclische bijdragen.
5.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 93 gedelegeerde handelingen vast te stellen om het volgende te bepalen:
- a)
de criteria voor de spreiding in de tijd van de overeenkomstig lid 2 berekende bijdragen aan het Fonds;
- b)
de criteria om het aantal jaren te bepalen waarmee de in lid 1 bedoelde initiële opbouwperiode uit hoofde van lid 3 kan worden verlengd;
- c)
de criteria om de jaarlijkse bijdragen te bepalen waarin lid 4 voorziet.