Overeenkomst betreffende het douane- en belastingregime voor gasolie, die in de Rijnvaart als boordvoorraad wordt verbruikt
Artikel 6
Geldend
Geldend vanaf 28-01-1954
- Bronpublicatie:
16-05-1952, Trb. 1954, 7 (uitgifte: 26-01-1954, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
28-01-1954
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-05-1952, Trb. 1954, 7 (uitgifte: 26-01-1954, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Deze overeenkomst zal met ingang van 1 Juli 1956 door elk der overeenkomstsluitende Staten kunnen worden opgezegd met inachtneming van een opzeggingstermijn van één jaar.
Indien evenwel de Centrale Commissie voor de Rijnvaart, op een klacht van een Regering, met een meerderheid van stemmen een ernstige inbreuk op de bepalingen van de artikelen 1 of 2 van deze overeenkomst zou vaststellen, kan deze overeenkomst, bij wijze van uitzondering binnen dertig dagen na de beslissing van de Centrale Commissie worden opgezegd, met inachtneming van een opzeggingstermijn van één maand, tenzij binnen die termijn van dertig dagen een einde aan de inbreuk is gemaakt.
Deze overeenkomst zal eveneens met een opzeggingstermijn van een maand kunnen worden opgezegd, indien de Centrale Commissie binnen een maand nadat een klacht bij haar is neergelegd daarop nog geen beslissing heeft genomen, tenzij binnen die termijn een einde aan de inbreuk is gemaakt.
De eventuele opzeggingen van deze overeenkomst moeten ter kennis van het Secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart worden gebracht.