Wijzigingswet Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie)

BWBR0038331

01-03-2017

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:
Kamerstukken II 2014-2015, 34138
Handelingen II 2014-2015, nr. 95, item 2, p. 1
Kamerstukken I 2014-2015, 2015-2016, 34138
Handelingen I 2015-2016, nr. 37, item 3, p. 1-13; item 12, p. 1-22, zie vergadering d.d. 5 juli 2016; nr. 38, item 12, p. 1, zie vergadering d.d. 12 juli 2016

Ministerie van Veiligheid en Justitie

De citeertitel is niet in de regeling vastgesteld.

Wet van 13 juli 2016, Stb. 289

Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep

Burgerlijk procesrecht / Cassatie

Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen

wet

Nederland

Datum iwtr.: 01-03-2017
Bron: 25-01-2017, Stb. 16

Datum iwtr.: 01-09-2017
Bron: 24-04-2017, Stb. 174

Datum iwtr: 01-04-2021
Bron: 04-02-2021, Stb. 81 In werking getreden voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.

Datum iwtr.: 01-03-2017
Bron: 25-01-2017, Stb. 16 In werking getreden voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet in persoon kunnen procederen en met uitzondering van procedures die worden ingesteld op grond van art. 254, 438, lid 2 t/m 5, 486, lid 1, 613, 642q en 771 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, art. 27 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, art. 122 van de Faillissementswet en de Onteigeningswet.

Datum iwtr.: 01-09-2017
Bron: 24-04-2017, Stb. 174 Per 01-10-2019 is in vorderingsprocedures bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet in persoon kunnen procederen, het recht van toepassing zoals dat bij andere rechtbanken geldt (03-07-2019, Stb. 241, bron iwtr.: 05-07-2019, Stb. 247). Zie tevens het overgangsrecht digitaal procederen, art. I, lid 2 en 3, en art. IV Spoedwet KEI (Wet van 03-07-2019, Stb. 241, bron iwtr.: 05-07-2019, Stb. 247).