Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/61/EU beheerders alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010
Artikel 68 Gedelegeerde handeling voor de stopzetting van de toepassing van de artikelen 36 en 42
Geldend
Geldend vanaf 21-07-2011
- Bronpublicatie:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Inwerkingtreding
21-07-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Overige regelgevende instantie(s)
Europese Unie
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Drie jaar na de inwerkingtreding van de in artikel 67, lid 6, bedoelde gedelegeerde handeling op grond waarvan de regels van de artikelen 35 en 37 tot en met 41 in alle lidstaten van kracht zijn geworden, bezorgt de ESMA het Europees Parlement, de Raad en de Commissie:
- a)
een advies over de werking van het paspoort voor EU abi-beheerders die niet-EU-abi's verhandelen in de Unie overeenkomstig artikel 35 en voor niet-EU abi-beheerders die abi's beheren en/of verhandelen in de Unie overeenkomstig de artikelen 37 tot en met 41 en over de werking van de verhandeling van niet-EU-abi's door EU abi-beheerders in de lidstaten en het beheer en/of de verhandeling van abi's door niet-EU abi-beheerders in de lidstaten overeenkomstig de in de artikelen 36 en 42 bedoelde toepasselijke nationale regelingen; en
- b)
een advies over de stopzetting van het bestaan van de nationale regelingen waarin is voorzien in de artikelen 36 en 42, naast het bestaan van het paspoort overeenkomstig de regels vastgelegd in de artikelen 35 en 37 tot en met 41.
2.
De ESMA baseert haar adviezen over de schrapping van nationale regelingen vastgelegd in de artikelen 36 en 42 onder meer op:
- a)
wat de werking betreft van het paspoort voor EU abi-beheerders die niet-EU-abi's verhandelen in de Unie en voor niet-EU abi-beheerders die abi's beheren en/of verhandelen in de Unie,
- i)
het gebruik dat van het paspoort wordt gemaakt;
- ii)
de problemen die opduiken met betrekking tot:
- —
de effectieve samenwerking tussen bevoegde autoriteiten,
- —
de effectieve werking van het systeem van inkennisstelling,
- —
de aanwijzing van de referentielidstaat,
- —
de belemmering van de daadwerkelijke uitoefening door de bevoegde autoriteiten van hun toezichtsfuncties door de wetten, regelingen of administratieve bepalingen van een derde land die betrekking op de abi-beheerder hebben of door beperkingen van de toezichts- en onderzoeksbevoegdheden van de toezichtsautoriteiten van het derde land,
- —
bescherming aan beleggers die eventueel is geboden,
- —
toegang van beleggers in de Unie,
- —
de impact op ontwikkelingslanden,
- —
de bemiddeling door de ESMA, inclusief het aantal gevallen en de doeltreffendheid van de bemiddeling;
- iii)
de onderhandelingen over, de sluiting van, het bestaan van en de doeltreffendheid van de voorgeschreven samenwerkingsregelingen;
- iv)
de doeltreffendheid van de verzameling en terbeschikkingstelling van de informatie met betrekking tot het toezicht op de systeemrisico's door de nationale bevoegde autoriteiten, de ETA (ESMA) en het ESRB;
- v)
de resultaten van een collegiale toetsing overeenkomstig artikel 38;
- b)
wat de werking betreft van de verhandeling van niet-EU-abi's door EU abi-beheerders in de lidstaten en het beheer en/of de verhandeling van abi's door niet-EU abi-beheerders in de lidstaten overeenkomstig de toepasselijke nationale regelingen:
- i)
de naleving door de EU abi-beheerder van alle bij deze richtlijn vastgestelde voorschriften, uitgezonderd artikel 21;
- ii)
de naleving door niet-EU abi-beheerders van de artikelen 22, 23 en 24 met betrekking tot elke abi die door de abi-beheerder wordt verhandeld en, indien van toepassing, van de artikelen 26 tot en met 30;
- iii)
het bestaan en de doeltreffendheid van samenwerkingsregelingen voor toezicht op systeemrisico's die met de internationale normen stroken tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de abi's worden verhandeld, indien van toepassing, de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de EU-abi in kwestie en de toezichthoudende autoriteiten van het derde land waar de niet-EU abi-beheerder is gevestigd en, indien van toepassing, de toezichthoudende autoriteiten van het derde land waar de niet-EU-abi is gevestigd;
- iv)
kwesties in verband met bescherming van beleggers die zich eventueel hebben voorgedaan;
- v)
kenmerken van het regelgevings- en toezichtkader van een derde land die de effectieve uitoefening door de bevoegde autoriteiten van de Unie van hun toezichtfuncties overeenkomstig deze richtlijn kunnen verhinderen;
- c)
wat de werking van beide systemen betreft, de potentiële marktverstoringen op het gebied van de mededinging (gelijk speelveld) en elk mogelijk negatief effect op de toegang van beleggers of beleggingen in of ten gunste van ontwikkelingslanden;
- d)
een kwantitatieve beoordeling waarbij het aantal rechtsgebieden buiten de Europese Unie wordt vastgesteld waar een abi-beheerder is gevestigd die een abi verhandelt in een lidstaat hetzij met toepassing van de paspoortregeling bedoeld in artikel 40, hetzij overeenkomstig de nationale regelingen van artikel 42.
3.
Hiertoe verstrekken de bevoegde autoriteiten de ESMA vanaf de inwerkingtreding van de in artikel 67, lid 6, bedoelde gedelegeerde handeling tot de uitbrenging van het ESMA-advies bedoeld in lid 1, onder a), van dit artikel, elk trimester informatie over de abi-beheerders die onder hun toezicht, hetzij met toepassing van de paspoortregeling waarin in deze richtlijn is voorzien, hetzij overeenkomstig hun nationale regelingen, abi's beheren en verhandelen.
4.
Als de ESMA van mening is dat er geen significante belemmeringen met betrekking tot beleggersbescherming, marktverstoring, mededinging of het toezicht op het systeemrisico zijn die de schrapping van de nationale regelingen overeenkomstig de artikelen 36 en 42 belemmeren en om het paspoort voor de verhandeling van niet-EU-abi's door EU abi-beheerders in de Unie en het beheer en/of de verhandeling van abi's door niet-EU abi-beheerders in de Unie overeenkomstig de regels vastgelegd in de artikelen 35 en 37 tot en met 41 de enige mogelijke regeling te maken voor deze activiteiten voor de abi-beheerders in kwestie in de Unie, brengt zij hierover een positief advies uit.
5.
De Commissie stelt middels gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 56 en onder de voorwaarden van de artikelen 57 en 58 maatregelen vast tot precisering van de inhoud van de krachtens lid 2 te verstrekken informatie.
6.
Binnen drie maanden na ontvangst van positief advies en een standpunt van de ESMA stelt de Commissie een gedelegeerde handeling vast, waarbij rekening wordt gehouden met de in lid 2 genoemde criteria en met de doelstellingen van deze richtlijn, onder meer de interne markt, bescherming van beleggers en doeltreffend toezicht op systeemrisico's, overeenkomstig artikel 56 en onder de voorwaarden van de artikelen 57 en 58, waarin de datum wordt gepreciseerd waarop de nationale regelingen overeenkomstig de artikelen 36 en 42 moeten worden stopgezet en de regeling met het Europees paspoort overeenkomstig de regels van de artikelen 35 en 37 tot en met 41 de enige en verplichte regeling in alle lidstaten wordt.
Als tegen de in de eerste alinea bedoelde gedelegeerde handeling overeenkomstig artikel 58, bezwaar wordt gemaakt, stelt de Commissie de handeling op grond waarvan de nationale regelingen overeenkomstig de artikelen 36 en 42 worden stopgezet en de regeling met het paspoort overeenkomstig de regels vastgelegd in artikel 35 en de artikelen 37 tot en met 41 de enige en verplichte regeling in alle lidstaten wordt, overeenkomstig artikel 56 en onder de voorwaarden van de artikelen 57 en 58, in een latere fase die hiervoor geschikt lijkt, opnieuw vast, rekening houdend met de criteria van lid 2 en de doelstellingen van deze richtlijn, bijvoorbeeld deze betreffende de interne markt, bescherming van beleggers en doeltreffend toezicht op systeemrisico's.
7.
Als de ESMA haar advies niet heeft uitgebracht vóór de in lid 1 bedoelde tijdslimiet, vraagt de Commissie dat het vóór een nieuwe tijdslimiet wordt uitgebracht.