Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/61/EU beheerders alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010
Artikel 58 Bezwaar tegen gedelegeerde handelingen
Geldend
Geldend vanaf 21-07-2011
- Bronpublicatie:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Inwerkingtreding
21-07-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Overige regelgevende instantie(s)
Europese Unie
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Het Europees Parlement en de Raad kunnen binnen drie maanden na de datum van kennisgeving bezwaar tegen de gedelegeerde handeling maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad wordt die termijn met drie maanden verlengd.
2.
Indien bij het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn het Europees Parlement noch de Raad bezwaar tegen de gedelegeerde handeling heeft gemaakt, wordt deze in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt en treedt zij op de daarin vermelde datum in werking.
Als zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie op gemotiveerd verzoek van deze laatste hebben meegedeeld dat zij voornemens zijn geen bezwaar aan te tekenen, kan de gedelegeerde handeling vóór het verstrijken van de termijn in het Publicatieblad van de Europese Unie worden gepubliceerd en in werking treden.
3.
Indien het Europees Parlement of de Raad binnen de in lid 1 genoemde termijn tegen de vastgestelde gedelegeerde handeling bezwaar maakt, treedt deze niet in werking. Overeenkomstig artikel 296 VWEU geeft de instelling die bezwaar tegen de gedelegeerde handeling maakt, aan waarom zij dit doet.