Besluit telecommunicatie scheepvaart BES
Artikel 31
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Landsbesluit telecommunicatie scheepvaart, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366) en de Tweede aanpassingsregeling BES-wetten. Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
21-09-2010, Stb. 2010, 451 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
1.
Een examen wordt afgenomen door een bij besluit in te stellen commissie.
2.
Een in het eerste lid bedoeld examen kan bestaan uit een onderzoek naar radio-technische kennis, vaardigheid met betrekking tot het gebruik van de zendinrichting, kennis van de bij of krachtens dit besluit gegevens regels en van de aan de machtiging verbonden voorschriften alsmede uit een onderzoek naar specifieke kennis ten behoeve van de maritieme radiocommunicatie, waaronder het GMDSS.
3.
Door of vanwege Onze Minister kan aan daartoe in aanmerking komende personen geheel of gedeeltelijk ontheffing van het examen worden verleend indien op een andere door Onze Minister te bepalen wijze aan de exameneisen is voldaan.
4.
Onze Minister kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de aan te wijzen instanties als bedoeld in het eerste lid, de exameneisen en de wijze waarop het examen wordt afgelegd.
5.
Het examen wordt afgenomen in de Nederlandse taal. Desgewenst kan het examen in de Engelse- of Papiamentse taal worden afgenomen.
6.
De vergoedingen met betrekking tot de toelating tot een examen dan wel een onderdeel daarvan alsmede met betrekking tot een geheel of gedeeltelijke ontheffing van het examen bedoeld in artikel 31, onderdeel a, van de wet, dienen voorafgaande aan het examen respectievelijk de ontheffing te worden voldaan.
7.
Alvorens het certificaat in ontvangst te nemen legt de houder in handen van Onze Minister of de voorzitter van de examencommissie de eed of gelofte van geheimhouding af, die is opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage 3.
8.
Het certificaat geeft aan tot welke zendinrichting de houder bevoegd is. Het model voor dit certificaat wordt vastgesteld door Onze Minister.