Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1971 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009
Artikel 23 Jaarlijkse en meerjarige programmering
Geldend
Geldend vanaf 20-12-2018
- Bronpublicatie:
11-12-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 17-12-2018, regelingnummer: 2018/1971)
- Inwerkingtreding
20-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 17-12-2018, regelingnummer: 2018/1971)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
EU-recht / Instituties
Informatierecht / Europees informatierecht
Informatierecht / ICT
1.
Elk jaar stelt de directeur een ontwerp van programmeringsdocument op dat de jaarlijkse en meerjarige programmering bevat (‘enig programmeringsdocument’), in overeenstemming met artikel 32 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1271/2013, rekening houdend met de richtsnoeren van de Commissie.
Uiterlijk 31 januari van elk jaar keurt de raad van bestuur het ontwerp van enig programmeringsdocument goed en dient hij het voor advies in bij de Commissie. Het ontwerp van enig programmeringsdocument wordt ook ingediend bij het Europees Parlement en de Raad.
De raad van bestuur stelt het enig programmeringsdocument vervolgens vast, rekening houdend met het advies van de Commissie. Hij dient het enig programmeringsdocument, en alle latere actualiseringen ervan, in bij het Europees Parlement, de Raad en de Commissie.
Het enig programmeringsdocument wordt definitief na de vaststelling van de algemene begroting van de Unie en wordt, indien nodig, dienovereenkomstig aangepast.
2.
Het jaarlijkse programmeringsdocument bevat gedetailleerde doelstellingen en verwachte resultaten, met inbegrip van prestatie-indicatoren. Het bevat voorts een beschrijving van de te financieren acties en een indicatie van de financiële en personele middelen die aan iedere actie worden toegewezen overeenkomstig de beginselen betreffende activiteitsgestuurd begroten en beheer, zoals vermeld in artikel 31. Het jaarlijkse programmeringsdocument is consistent met de grote lijnen van het jaarlijkse werkprogramma en het definitieve jaarlijkse werkprogramma van Berec als bedoeld in artikel 21 en met het in lid 4 van dit artikel bedoelde meerjarige programmeringsdocument van het Berec-Bureau. Het vermeldt duidelijk de taken die zijn toegevoegd, gewijzigd of geschrapt ten opzichte van het vorige begrotingsjaar.
3.
De raad van bestuur wijzigt het jaarlijkse programmeringsdocument na de vaststelling van het in artikel 21 bedoelde definitieve jaarlijkse werkprogramma van Berec indien nodig en telkens wanneer Berec of het Berec-Bureau met een nieuwe taak wordt belast.
Elke wezenlijke wijziging in het jaarlijkse programmeringsdocument wordt vastgesteld volgens dezelfde procedure als die op basis waarvan het oorspronkelijke jaarlijkse programmeringsdocument is vastgesteld. De raad van bestuur kan aan de directeur de bevoegdheid delegeren om niet-materiële wijzigingen door te voeren in het jaarlijkse programmeringsdocument.
4.
Het meerjarige programmeringsdocument bevat een omschrijving van de algemene strategische programmering, met inbegrip van de doelstellingen, verwachte resultaten en prestatie-indicatoren. Het bevat ook de programmering van de middelen, met inbegrip van de meerjarige begroting en de personele middelen.
Deze programmering van de middelen wordt jaarlijks bijgewerkt. De strategische programmering wordt in voorkomend geval bijgewerkt, met name om rekening te houden met de resultaten van de in artikel 48 bedoelde evaluatie.
5.
Het enig programmeringsdocument van het Berec-Bureau omvat de uitvoering van de strategie van Berec voor betrekkingen met bevoegde organen, instanties, agentschappen en adviesgroepen van de Unie, met bevoegde instanties van derde landen en met internationale organisaties als bedoeld in artikel 35, lid 3, de maatregelen die verband houden met die strategie en de vermelding van de bijbehorende middelen.