Einde inhoudsopgave
Telecommunicatiewet
Artikel 15.2a [Verbod aanbieden netwerken of diensten]
Geldend
Geldend vanaf 03-11-2016
- Bronpublicatie:
12-10-2016, Stb. 2016, 409 (uitgifte: 02-11-2016, kamerstukken: 34379)
- Inwerkingtreding
03-11-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-10-2016, Stb. 2016, 410 (uitgifte: 02-11-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Onze Minister is bevoegd een aanbieder van openbare elektronische communicatienetwerken of -diensten bij ernstig en herhaaldelijk niet-nakomen van de verplichtingen gesteld bij of krachtens de in artikel 15.1, eerste lid, bedoelde bepalingen, wanneer de krachtens artikel 15.2 of 15.4 opgelegde maatregelen tot naleving van de bedoelde verplichtingen hebben gefaald, voor een door Onze Minister te bepalen redelijke termijn te verbieden nog langer elektronische communicatienetwerken of -diensten aan te bieden.
2.
De Autoriteit Consument en Markt is bevoegd een aanbieder van openbare elektronische communicatienetwerken of -diensten bij ernstig en herhaaldelijk niet-nakomen van de verplichtingen gesteld bij of krachtens de in artikel 15.1, derde lid, bedoelde bepalingen, wanneer de krachtens artikel 15.2 of 15.4 opgelegde maatregelen tot naleving van de bedoelde verplichtingen hebben gefaald, voor een door de Autoriteit Consument en Markt te bepalen redelijke termijn te verbieden nog langer elektronische communicatienetwerken of -diensten aan te bieden.
3.
Een besluit als bedoeld in het eerste of tweede lid, inhoudende een verbod tot het aanbieden van elektronische communicatienetwerken of -diensten voldoet in elk geval aan de volgende eisen:
- a.
het verbod is niet in strijd met een of meer doelstellingen als bedoeld in artikel 1.3;
- b.
het verbod leidt niet tot het niet na kunnen komen door de onderneming van een bij of krachtens de wet opgelegde leveringsplicht;
- c.
het verbod heeft slechts betrekking op het netwerk of de dienst ten aanzien waarvan de in het eerste of tweede lid bedoelde verplichtingen niet zijn nagekomen;
- d.
het verbod heeft geen ernstige economische of maatschappelijke problemen tot gevolg voor andere aanbieders van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een openbare elektronische communicatiedienst of bijbehorende faciliteiten, of voor gebruikers van een openbaar elektronisch communicatienetwerk of een openbare elektronische communicatiedienst.
4.
Van een besluit als bedoeld in het eerste of tweede lid wordt door Onze Minister, onderscheidenlijk de Autoriteit Consument en Markt, mededeling gedaan in de Staatscourant. Het treedt niet eerder in werking dan twee weken na die mededeling.