Einde inhoudsopgave
Besluit inburgering 2021
Artikel 3.14 Inhoud en vormgeving zelfredzaamheidsroute
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Redactionele toelichting
De wijziging betreffende lid 7 werkt terug t/m 01-01-2022.
- Bronpublicatie:
05-12-2022, Stb. 2022, 489 (uitgifte: 07-12-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2022, Stb. 2022, 489 (uitgifte: 07-12-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Inburgering (V)
1.
Het college biedt de inburgeringsplichtige de onderdelen van de zelfredzaamheidsroute aan, waarbij de invulling van deze onderdelen wordt afgestemd op het vermogen en de ontwikkelbehoeften van de inburgeringsplichtige.
2.
De zelfredzaamheidsroute bestaat voor asielstatushouders uit de volgende onderdelen:
- a.
in totaal 800 cursusuren gevolgd bij een cursusinstelling die voldoet aan het bepaalde op grond van artikel 32 van de wet, bestaande uit:
- i.
cursusuren Nederlands als tweede taal, waarvan alfabetiseringsonderwijs onderdeel kan zijn, onder persoonlijke begeleiding van een NT2-docent; en
- ii.
cursusuren kennis van de Nederlandse maatschappij.
- b.
in totaal 800 uren besteed aan activiteiten gericht op zelfredzaamheid, activering en participatie in de Nederlandse maatschappij, waarbij de activiteiten:
- i.
plaatsvinden in een Nederlandstalige omgeving; en
- ii.
niet in isolement plaatsvinden; en
- c.
een eindgesprek met het college.
3.
Het tweede lid, onderdeel a en c, zijn van toepassing op gezinsmigranten en overige migranten.
4.
Het college verleent geen mandaat of machtiging aan een derde, met uitzondering van een openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, met betrekking tot de taak, bedoeld in het tweede lid, onderdeel c.
5.
De uren gemoeid met de module Arbeidsmarkt en Participatie en het participatieverklaringstraject worden in mindering gebracht op de urennorm, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b.
6.
Indien in het kader van de brede intake door de inburgeringsplichtige cursusuren Nederlands als tweede taal of kennis van de Nederlandse maatschappij zijn gevolgd of activiteiten zijn verricht, of gedurende de brede intake activiteiten zijn verricht in het kader van de Participatiewet, of in het kader van de maatschappelijke begeleiding, bedoeld in artikel 13 van de wet, activiteiten zijn verricht, die voldoen aan het gestelde in dit artikel, kunnen de hiermee gemoeide uren, in afwijking van artikel 5.3, vijfde lid, in mindering worden gebracht op de urennorm, die geldt op grond van het tweede of achtste lid.
7.
Indien de inburgeringsplichtige een of meerdere van de examenonderdelen, genoemd in artikel 3.3, aanhef en onderdeel a tot en met d, op het niveau A2, of het examenonderdeel, genoemd in artikel 3.4, wenst af te leggen en het college de inburgeringsplichtige daartoe in staat acht, legt het college dit vast in het persoonlijk plan inburgering en participatie.
8.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de onderdelen, bedoeld in het tweede lid, waarbij voor inburgeringsplichtigen met een auditieve of visuele beperking onder nader vast te stellen voorwaarden, een lagere urennorm kan worden vastgesteld dan de norm, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, of voor deze groep kan worden vastgesteld dat voor bepaalde vaardigheden van een cursus Nederlands als tweede taal, geen cursusuren hoeven te worden gevolgd.