Einde inhoudsopgave
Besluit kredietvergoeding
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1992
- Bronpublicatie:
16-10-1991, Stb. 1991, 549 (uitgifte: 14-11-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-1991, Stb. 1991, 635 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
De ten hoogste toegelaten kredietvergoeding per dag bij regelmatige afwikkeling wordt berekend als volgt:
. In deze formule is:
KVd: de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding over dag d;
Rd: het uitstaand saldo aan het begin van dag d, dan wel:
- 1°
indien het gaat om de toepassing van artikel 6, tweede lid, of artikel 8, eerste lid, en het uitstaand saldo als gevolg van achterstallige betalingen hoger is dan de kredietlimiet: de kredietlimiet;
- 2°
indien het gaat om de toepassing van artikel 7, tweede lid, onder b, en de kredietnemer achterstallig is: het uitstaand saldo dat aan het begin van dag d zou bestaan als de kredietnemer niet achterstallig zou zijn;
i: het honderdste deel van het ingevolge afdeling 1 ten hoogste toegelaten effectieve kredietvergoedingspercentage op jaarbasis;
q: het aantal dagen van de maand waarvan dag d deel uitmaakt.