Einde inhoudsopgave
Besluit kredietvergoeding
Artikel 6
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Bronpublicatie:
24-11-2023, Stb. 2024, 10 (uitgifte: 30-01-2024, kamerstukken: 2023000277)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-11-2023, Stb. 2024, 10 (uitgifte: 30-01-2024, kamerstukken: 2023000277)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
De ten hoogste toegelaten kredietvergoeding per betalingstermijn bij regelmatige afwikkeling van doorlopende kredietovereenkomsten met een variabele kredietvergoeding, waarbij:
- a.
de betalingstermijn gedurende de looptijd gelijk blijft, of
- b.
de eerste of de laatste betalingstermijn dan wel die beide betalingstermijnen afwijkt respectievelijk afwijken van de overige betalingstermijnen, die gedurende de looptijd gelijk blijven, wordt, onverminderd het bepaalde in het tweede en derde lid, berekend als volgt:
KVt= Rt. im,
waarbij:
. In deze formules is:
KVt: de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding over de betalingstermijn met volgnummer t;
Rt: het uitstaand saldo aan het begin van de betalingstermijn met volgnummer t dan wel, indien het uitstaand saldo als gevolg van achterstallige betalingen hoger is dan de kredietlimiet: de kredietlimiet;
im: het honderdste deel van het ten hoogste toegelaten kredietvergoedingspercentage per betalingstermijn;
i: het honderdste deel van het ingevolge afdeling 1 ten hoogste toegelaten effectieve kredietvergoedingspercentage op jaarbasis;
m: het aantal betalingstermijnen per jaar.
2.
Indien bij een kredietovereenkomst als bedoeld in het eerste lid een betaling of het opnemen van een geldsom door de kredietnemer dan wel het verschaffen van het genot van een zaak of het verlenen van een dienst aan de kredietnemer, plaatsvinden op een ander tijdstip dan waarop ingevolge de betalingsregeling uiterlijk een termijnbedrag dient te worden voldaan, wordt de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding ter zake van de betalingstermijn waarbinnen deze gebeurtenissen plaatsvinden, op dagbasis berekend, waarbij de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding per dag wordt berekend op de in artikel 10 aangegeven wijze.
3.
In het geval, bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding ter zake van de afwijkende betalingstermijnen op dagbasis berekend, waarbij de ten hoogste toegelaten kredietvergoeding per dag wordt berekend op de in artikel 10 aangegeven wijze.