Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 379 Niet-afgewikkelde transacties (‘free deliveries’)
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2013
- Bronpublicatie:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Inwerkingtreding
28-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een instelling is verplicht eigen vermogen aan te houden als beschreven in tabel 2, indien:
- a)
zij voor effecten, buitenlandse valuta of grondstoffen heeft betaald voordat zij deze heeft ontvangen, dan wel effecten, buitenlandse valuta of grondstoffen heeft geleverd voordat zij de betaling hiervoor heeft ontvangen;
- b)
er, in het geval van grensoverschrijdende transacties, een of meer dagen zijn verstreken sinds de instelling deze betaling of levering heeft verricht.
Kolom 1 | Kolom 2 | Kolom 3 | Kolom 4 |
---|---|---|---|
Soort transactie | Tot het eerste contractuele betalings- of leveringsgedeelte | Vanaf het eerste contractuele betalings- of leveringsgedeelte tot vier dagen na het tweede contractuele betalings- of leveringsgedeelte | Vanaf 5 werkdagen na het tweede contractuele betalings- of leveringsgedeelte tot de beëindiging van de transactie |
Niet-afgewikkelde transactie | Geen kapitaalopslag | Behandelen als een blootstelling | Behandelen als een blootstelling met een risicogewicht van 1 250 % |
2.
Bij de toepassing van een risicogewicht op blootstellingen aan het risico van niet-afgewikkelde transacties die overeenkomstig kolom 3 van tabel 2 worden behandeld, kan een instelling die gebruik maakt van de in deel 3, titel II, hoofdstuk 3, beschreven interneratingbenadering aan tegenpartijen ten aanzien waarvan zij geen andere blootstelling in de niet-handelsportefeuille heeft, PD's toekennen op basis van de externe rating van de tegenpartij. Instellingen die eigen ramingen van het verlies bij wanbetaling (loss given default — LGD) hanteren, kunnen het in artikel 161, lid 1, beschreven LGD toepassen op blootstellingen aan het risico van niet-afgewikkelde transacties die overeenkomstig kolom 3 van tabel 2 worden behandeld, mits zij dat LGD op al die blootstellingen toepassen. Bij wijze van alternatief kan een instelling die gebruik maakt van de in deel 3, titel II, hoofdstuk 3, beschreven interneratingbenadering de risicogewichten van de in deel 3, titel II, hoofdstuk 2, beschreven standaardbenadering toepassen, mits zij die risicogewichten op al die blootstellingen toepast, dan wel op al die blootstellingen een risicogewicht van 100 % toepassen.
Indien de positieve blootstelling die uit de niet-afgewikkelde transacties voortvloeit, niet wezenlijk van omvang is, kunnen de instellingen op die blootstellingen een risicogewicht van 100 % toepassen, behalve indien overeenkomstig lid 1, tabel 2, kolom 4, een risicogewicht van 1 250 % vereist is.
3.
In plaats van overeenkomstig lid 1, tabel 2, kolom 4, op blootstellingen aan het risico van niet-afgewikkelde transacties een risicogewicht van 1 250 % toe te passen, kunnen de instellingen de overgedragen waarde plus de actuele positieve blootstelling van die blootstellingen aftrekken van het tier 1-kernkapitaal overeenkomstig artikel 36, lid 1, punt k).