Einde inhoudsopgave
Landelijk Strafprocesreglement voor de afdelingen strafrecht van de gerechten en het openbaar ministerie
1.1 Convenant
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van de Staatscourant.
- Bronpublicatie:
19-11-2018, Stcrt. 2018, 64607 (uitgifte: 19-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-11-2018, Stcrt. 2018, 64607 (uitgifte: 19-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- 1.1.1.
De afdeling strafrechtw van ieder gerecht en het openbaar ministerie werken met een jaarlijks vast te stellen zittingsconvenantw.
- 1.1.2.
In het zittingsconvenant worden afspraken gemaakt over het aantal en type zaken en type zittingen, aangevuld met in ieder geval afspraken over een evenwichtige verdeling van het aantal zittingen over het jaar en over de week, streefpercentages vermijdbare aanhoudingen, doorlooptijden en meerjarige ontwikkelingen (speerpunten e.d.).
- 1.1.3.
De afdeling strafrecht van ieder gerecht en het openbaar ministerie geven uitvoering aan het zittingsconvenant. Beide partijen verplichten zich, wanneer blijkt dat de afspraken mogelijk niet gerealiseerd gaan worden, de ander daarvan onverwijld op de hoogte te stellen en maatregelen te treffen.
- 1.1.4.
Het zittingsconvenant wordt conform het landelijk format opgesteld, aan te vullen met lokale afspraken.
- 1.1.5.
Het zittingsconvenant wordt uiterlijk 1 september van elk jaar voor het komende jaar vastgesteld.
- 1.1.6.
Realisatie van het zittingsconvenant wordt maandelijks besproken door de convenantspartijen met ondersteuning van de verkeerstorenw op basis van uitwisseling van de beschikbare managementinformatie.