Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel 441 [Beloop vordering moet bepaalbaar zijn. Executiedrempel]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2020
- Bronpublicatie:
03-06-2020, Stb. 2020, 177 (uitgifte: 18-06-2020, kamerstukken: 35225)
- Inwerkingtreding
01-10-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-07-2020, Stb. 2020, 277 (uitgifte: 22-07-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Verbintenissenrecht / Algemeen
1.
Het beslag kan slechts worden gedaan voor een vordering waarvan het geldelijk beloop bepaalbaar is.
2.
Indien de vordering niet is vereffend, worden na het beslag alle verdere vervolgingen gestaakt, totdat de vereffening is geschied.
3.
Het is niet toegestaan zaken in beslag te nemen indien redelijkerwijs voorzienbaar is dat de opbrengst die gerealiseerd kan worden door het verhaal op die zaken minder bedraagt dan de kosten van de beslaglegging en de daaruit voortvloeiende executie, tenzij de schuldeiser aannemelijk kan maken dat de schuldenaar door het beslag en de executie niet op onevenredig zware wijze in zijn belangen wordt getroffen.