Einde inhoudsopgave
Besluit Buitengewone Rechtspleging
Artikel 22
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2016
- Bronpublicatie:
15-12-2011, Stb. 2011, 602 (uitgifte: 22-12-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-2016, Stb. 2016, 432 (uitgifte: 25-11-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Staatsrecht / Rechtspraak
Juridische beroepen / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
1.
Door of vanwege Onzen Minister van Justitie kan ook aan andere dan de in het voorgaande artikel bedoelde personen de opsporing der daar genoemde feiten worden opgedragen en kan, in afwijking van het in artikel 146, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering bepaalde, de bevoegdheid van personen, belast met de opsporing dier feiten, worden uitgebreid buiten het grondgebied, waarvoor zij zijn aangesteld. Insgelijks kunnen met betrekking tot de opsporing dier feiten andere dan de in artikel 146a van dat Wetboek vermelde personen door of vanwege Onzen genoemden Minister met hulpofficieren van justitie worden gelijkgesteld.
2.
Tenzij Onze Minister van Justitie anders mocht bepalen, is de procureur-fiscaal bij het Bijzondere Gerechtshof gemachtigd tot eenige beschikking, als in het voorgaande lid bedoeld, voor zoover betreft de opsporing binnen zijn ressort door een of meer bepaalde, in de beschikking met name te noemen personen.
3.
De beschikkingen, in dit artikel bedoeld, kunnen te allen tijde worden ingetrokken, hetzij door Onzen Minister van Justitie, hetzij door dengeen, door wien zij van zijnentwege zijn genomen.