Einde inhoudsopgave
Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen tot confiscatie
Artikel 27 (rechtsmiddelen)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2013
- Bronpublicatie:
19-06-2013, Stb. 2013, 225 (uitgifte: 25-06-2013, kamerstukken: 33012)
- Inwerkingtreding
01-07-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2013, Stb. 2013, 257 (uitgifte: 28-06-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
Strafprocesrecht (V)
1.
De veroordeelde, alsmede belanghebbenden, kunnen tegen de erkenning en tenuitvoerlegging van een beslissing tot confiscatie beroep instellen bij de rechtbank Noord-Nederland. Het beroep wordt ingesteld uiterlijk binnen zeven dagen, te rekenen van de dag dat de veroordeelde of belanghebbende kennis heeft gekregen van de beslissing tot erkenning en tenuitvoerlegging. De artikelen 21 tot en met 25 van het Wetboek van Strafvordering zijn van toepassing. Een ingesteld beroep heeft schorsende werking.
2.
Ten aanzien van belanghebbenden die geheel of gedeeltelijk recht menen te hebben op voorwerpen die op grond van deze wet in beslag zijn genomen, zijn de bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van toepassing.
3.
Indien een rechtsmiddel wordt ingesteld tegen de erkenning en tenuitvoerlegging van een beslissing tot confiscatie, wordt de bevoegde autoriteit van de uitvaardigende lidstaat hiervan in kennis gesteld.
4.
Artikel 15 is van toepassing.