Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag betreffende de sociale zekerheid van arbeiders werkzaam bij het internationaal vervoer
Artikel 14
Geldend
Geldend vanaf 01-10-1958
- Bronpublicatie:
09-07-1956, Trb. 1957, 111 (uitgifte: 08-08-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-10-1958
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-09-1958, Trb. 1958, 121 (uitgifte: 01-01-1958, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Bijzondere onderwerpen
1.
De organen van een Verdragsluitende Partij, welke uit hoofde van dit Verdrag gelden verschuldigd zijn aan organen of personen die zich op het grondgebied van een andere Verdragsluitende Partij bevinden, kunnen het verschuldigde rechtens voldoen in de munt van eerstgenoemde Partij.
2.
De overmaking van gelden, welke voortvloeit uit de toepassing van dit Verdrag, heeft plaats overeenkomstig de overeenkomsten terzake, welke op het tijdstip van de overmaking van kracht zijn tussen twee of meer Verdragsluitende Partijen. In de gevallen waarin zodanige overeenkomsten niet van kracht zijn tussen twee Verdragsluitende Partijen treffen de bevoegde autoriteiten van die Partijen of de autoriteiten die bevoegd zijn inzake internationale betalingen in gemeen overleg de voor deze overmaking noodzakelijke maatregelen.