Einde inhoudsopgave
Wet College voor de rechten van de mens
Artikel 16 [Benoeming leden]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2012
- Redactionele toelichting
Lid 1 is in werking getreden.
- Bronpublicatie:
24-11-2011, Stb. 2011, 573 (uitgifte: 06-12-2011, kamerstukken: 32467)
- Inwerkingtreding
01-10-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-09-2012, Stb. 2012, 414 (uitgifte: 20-09-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Veiligheid en Justitie
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Staatsrecht / Grondrechten
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
1.
De leden en de plaatsvervangende leden van het College worden benoemd bij koninklijk besluit, op voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie.
2.
Ten behoeve van de voordracht adviseert de raad in overeenstemming met het College Onze Minister van Veiligheid en Justitie, rekening houdend met de noodzaak van een deskundig en onafhankelijk College, alsmede met het streven naar een divers samengesteld College.
3.
Een vacature voor een lid of plaatsvervangend lid en de te volgen selectieprocedure worden door het College openbaar gemaakt. Het College en de raad brengen de vacature tevens onder de aandacht van maatschappelijke organisaties die zich de bescherming aantrekken van een of meer rechten van de mens.