Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2015/2436 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten
Artikel 17 Niet-gebruik als verweer in een inbreukprocedure
Geldend
Geldend vanaf 12-01-2016
- Bronpublicatie:
16-12-2015, PbEU 2015, L 336 (uitgifte: 23-12-2015, regelingnummer: 2015/2436)
- Inwerkingtreding
12-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2015, PbEU 2015, L 336 (uitgifte: 23-12-2015, regelingnummer: 2015/2436)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
EU-recht / Marktintegratie
De houder van een merk kan het gebruik van een teken alleen verbieden voor zover de rechten van de houder niet op grond van artikel 19 vervallen kunnen worden verklaard op het tijdstip waarop de vordering wegens inbreuk wordt ingesteld. Indien de verweerder daarom verzoekt, levert de houder van het merk het bewijs dat gedurende de periode van vijf jaar voorafgaand aan de datum waarop de vordering wordt ingesteld, normaal gebruik van het merk is gemaakt als bedoeld in artikel 16, voor de waren of diensten waarvoor het is ingeschreven, en die ter rechtvaardiging van de vordering worden aangehaald, dan wel dat er geldige redenen voor het niet-gebruik bestonden, op voorwaarde dat de procedure van inschrijving van het merk op de datum waarop de vordering wordt ingesteld, reeds ten minste vijf jaar geleden is afgerond.