Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 181/2011 betreffende de rechten van autobus- en touringcarpassagiers en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2006/2004
Artikel 7 Overlijden of letsel van de passagier en verlies of beschadiging van bagage
Geldend
Geldend vanaf 20-03-2011
- Bronpublicatie:
16-02-2011, PbEU 2011, L 55 (uitgifte: 28-02-2011, regelingnummer: 181/2011)
- Inwerkingtreding
20-03-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-02-2011, PbEU 2011, L 55 (uitgifte: 28-02-2011, regelingnummer: 181/2011)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Personenvervoer algemeen
Vervoersrecht / Europees vervoersrecht
1.
De passagier heeft, overeenkomstig het toepasselijke nationale recht, recht op vergoeding wegens overlijden, inclusief een vergoeding van redelijke begrafeniskosten, of letsel en wegens verlies of beschadiging van de bagage ten gevolge van ongevallen die zich voordoen bij het gebruik van de autobus of touringcar. In geval van overlijden van de passagier komt dit recht minstens toe aan de personen jegens wie hij een wettelijke onderhoudsplicht had of gehad zou hebben.
2.
Het bedrag van de vergoeding wordt volgens het toepasselijke nationale recht bepaald. Het bij het nationale recht eventueel bepaalde maximumbedrag ter vergoeding van het overlijden of letsel, en van het verlies of de beschadiging van de bagage bepaalt, bedraagt in elk afzonderlijk geval ten minste:
- a)
220 000 EUR per passagier;
- b)
1 200 EUR per collo. Bij schade aan rolstoelen of andere mobiliteits- of hulpmiddelen stemt het bedrag van de vergoeding steeds overeen met de kosten van vervanging of reparatie van hetgeen verloren gegaan of beschadigd is.