Einde inhoudsopgave
Faillissementswet
Artikel 212rd [Toestemming rechter-commissaris voor tussentijdse uitkering]
Geldend
Geldend vanaf 03-03-2022
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 105 (uitgifte: 02-03-2022, kamerstukken: 35945)
- Inwerkingtreding
03-03-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-02-2022, Stb. 2022, 105 (uitgifte: 02-03-2022, kamerstukken: 35945)
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Algemeen
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Insolventierecht / Faillissement
1.
De curator kan een tussentijdse uitkering doen op bepaalde vorderingen, indien de rechter-commissaris daarvoor op verzoek van de curator toestemming geeft.
2.
De rechter-commissaris kan toestemming verlenen indien:
- a.
voldoende waarschijnlijk is voor welke bedragen de desbetreffende vorderingen geheel of ten minste zullen worden geverifieerd;
- b.
een tussentijdse uitkering wenselijk is om te bewerkstelligen dat de periode na de faillietverklaring waarover de interesten lopen, wordt bekort; en
- c.
de tussentijdse uitkeringen niet ten koste gaan van andere schuldeisers.