Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 3.6.3
Geldend
Geldend van 05-01-2021 tot 01-01-2025. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, Stcrt. 2021, 568 (uitgifte: 04-01-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/143233)
- Inwerkingtreding
05-01-2021, terugwerkend tot: 01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-12-2020, Stcrt. 2021, 568 (uitgifte: 04-01-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/143233)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Mobiele machines met een datum van eerste toelating op of na 1 januari 2021 voldoen voor het verkrijgen van een nationale individuele goedkeuring aan:
- a.
de eisen in:
- 1°
- 2°
- 3°
bijlage XX bij verordening (EU) 2015/208;
- 4°
VN/ECE-reglement nr. 100 inzake uniforme voorschriften voor de goedkeuring van voertuigen wat de specifieke voorschriften voor de elektrische aandrijflijn betreft;
- 5°
bijlage X van deze regeling ten aanzien van specifieke onderdelen en de installatie voor in een al dan niet tot vloeistof verdicht gas; en
- b.
de in hoofdstuk 5 voor de desbetreffende voertuigcategorie vastgestelde permanente eisen.
2.
In afwijking van het eerste lid, kan de Dienst Wegverkeer voor een voertuig vrijstelling verlenen van de in het eerste lid voor de desbetreffende voertuigcategorie opgenomen goedkeuringseisen en een nationale individuele goedkeuring verlenen voor zover wordt voldaan aan de in verband daarmee door de Dienst Wegverkeer vastgestelde alternatieve voorschriften.
3.
De Dienst Wegverkeer stelt in elk geval alternatieve voorschriften als bedoeld in het tweede lid vast voor de goedkeuring van voertuigen die ten behoeve van het gebruik door een gehandicapte zijn aangepast.