Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 2160/2003 inzake de bestrijding van salmonella en andere specifieke door voedsel overgedragen zoönoseverwekkers
Artikel 9 Intracommunautair handelsverkeer
Geldend
Geldend vanaf 20-04-2016
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 21-04-2021.
- Bronpublicatie:
09-03-2016, PbEU 2016, L 84 (uitgifte: 31-03-2016, regelingnummer: 2016/429)
- Inwerkingtreding
20-04-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-03-2016, PbEU 2016, L 84 (uitgifte: 31-03-2016, regelingnummer: 2016/429)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Uiterlijk met ingang van de in bijlage I, kolom 5, vastgestelde data worden koppels en beslagen van oorsprong van de in de tweede kolom genoemde diersoorten onderzocht op de in de eerste kolom vermelde zoönoses en zoönoseverwekkers, voordat de levende dieren of broedeieren uit het levensmiddelenbedrijf van herkomst worden verzonden. De data en de resultaten van de tests worden opgenomen in de desbetreffende gezondheidscertificaten, zoals bepaald bij de Gemeenschapswetgeving.
2.
De lidstaat van bestemming kan volgens de in artikel 14, lid 2, bedoelde procedure worden toegestaan om gedurende een overgangsperiode te eisen dat de resultaten van de tests die moeten worden vermeld in de betrokken gezondheidscertificaten voor partijen dieren en broedeieren die in de lidstaat van verzending zijn getest, aan dezelfde criteria inzake salmonella voldoen als die welke de lidstaat van bestemming in zijn eigen goedgekeurde programma overeenkomstig artikel 5, lid 5, heeft vastgesteld voor partijen die binnen zijn grondgebied worden verzonden.
Deze toestemming kan volgens dezelfde procedure worden ingetrokken.
3.
De bijzondere maatregelen met betrekking tot salmonella die voor de inwerkingtreding van deze verordening van toepassing waren op de verzending van levende dieren naar Finland en Zweden, blijven van toepassing alsof zij overeenkomstig lid 2 waren toegestaan. Deze speciale maatregelen omvatten maatregelen op basis van de bepalingen in Beschikking 95/410/EG in de laatste versie vóór de intrekking daarvan en Beschikkingen 2003/644/EG(1) en 2004/235/EG(2) van de Commissie in de versies daarvan op het ogenblik van de intrekking van Richtlijn 90/539/EEG.
4.
Onverminderd het bepaalde in artikel 5, lid 6, kunnen door de Commissie specifieke voorschriften worden vastgesteld betreffende het vaststellen van de in artikel 5, lid 5, en in lid 2 van onderhavig artikel bedoelde criteria door de lidstaten. Deze maatregelen, die niet-essentiële onderdelen van deze verordening beogen te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 14, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.
Voetnoten
Beschikking 2003/644/EG van de Commissie van 8 september 2003 tot vaststelling van aanvullende garanties ten aanzien van Salmonellae voor de verzending naar Finland en Zweden van vermeerderingspluimvee en van voor vermeerderings- of voor gebruikskoppels bestemde eendagskuikens (PB L 228 van 12.9.2003, blz. 29).
Beschikking 2004/235/EG van de Commissie van 1 maart 2004 tot vaststelling van aanvullende garanties ten aanzien van Salmonellae voor de verzending naar Finland en Zweden van legkippen (PB L 72 van 11.3.2004, blz. 86).