Besluit onderwijsvrijstelling en objectvrijstellingen
1 Inleiding
Geldend
Geldend vanaf 20-07-2019. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
09-07-2019, Stcrt. 2019, 39948 (uitgifte: 19-07-2019, regelingnummer: 2019 – 93725)
- Inwerkingtreding
20-07-2019, terugwerkend tot: 01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-07-2019, Stcrt. 2019, 39948 (uitgifte: 19-07-2019, regelingnummer: 2019 – 93725)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Vrijstelling
Op 12 juni 2015 is de Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen in werking getreden. Deze wet vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2016. Op basis van deze wet zijn zowel directe als indirecte overheidsondernemingen in beginsel aan de vennootschapsbelasting onderworpen. De wet bevat een aantal vrijstellingen, waaronder bijvoorbeeld de onderwijsvrijstelling en de vrijstelling voor interne activiteiten. Bij nader inzien blijkt dat deze vrijstellingen te beperkt zijn vormgegeven. De wettelijke regeling zal op dit punt worden aangepast. Vooruitlopend op deze aanpassingen zijn in dit besluit twee goedkeuringen opgenomen. Deze goedkeuringen zijn gebaseerd op artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
Gebruikte begrippen en afkortingen
Bekostigde school: een school voor primair of voortgezet onderwijs die zowel basisbekostiging als een aanvullende bekostiging ontvangt van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van OCW: ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderwijsvrijstelling: de subjectieve vrijstelling als bedoeld in artikel 6b, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Quasi-inbestedingsvrijstelling: de vrijstelling als bedoeld in artikel 8f, eerste lid, onderdeel a, ten eerste, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Staat: de staat der Nederlanden
Vrijstelling voor interne activiteiten: de vrijstelling als bedoeld in artikel 8e, eerste lid, onderdeel a, ten eerste, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969