Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 282/2011 houdende vaststelling van maatregelen ter uitvoering van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde
Artikel 50
Geldend
Geldend vanaf 12-04-2011
- Bronpublicatie:
15-03-2011, PbEU 2011, L 77 (uitgifte: 23-03-2011, regelingnummer: 282/2011)
- Inwerkingtreding
12-04-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-03-2011, PbEU 2011, L 77 (uitgifte: 23-03-2011, regelingnummer: 282/2011)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Omzetbelasting / Vrijstelling
1.
Om een lichaam dat wordt opgericht als een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (ERIC) als bedoeld in Verordening (EG) nr. 723/2009 van de Raad van 25 juni 2009 betreffende een communautair rechtskader voor een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur (ERIC)(1), voor de toepassing van artikel 143, lid 1, punt g), en artikel 151, lid 1, eerste alinea, punt b), van Richtlijn 2006/112/EG als een internationale instelling te kunnen erkennen, moet elk van de volgende voorwaarden vervuld zijn:
- a)
het vormt een afzonderlijke rechtspersoon met volledige handelingsbevoegdheid;
- b)
het is opgericht naar en onderworpen aan het recht van de Europese Unie;
- c)
tot de leden behoren lidstaten en, in voorkomend geval, derde landen en intergouvernementele organisaties, maar geen particuliere lichamen;
- d)
het heeft specifieke en legitieme doelstellingen die gezamenlijk worden nagestreefd en in hoofdzaak een nieteconomisch karakter hebben.
2.
De vrijstelling bedoeld in artikel 143, lid 1, punt g), en artikel 151, lid 1, eerste alinea, punt b), van Richtlijn 2006/112/EG is van toepassing op een ERIC als bedoeld in lid 1 wanneer dit door de gastlidstaat als internationale instelling erkend is.
De beperkingen en voorwaarden voor een dergelijke vrijstelling worden vastgesteld in een overeenkomstig artikel 5, lid 1, punt d), van Verordening (EG) nr. 723/2009 gesloten overeenkomst tussen de leden van het ERIC. Voor goederen die niet worden verzonden of vervoerd naar een plaats buiten de lidstaat waar de levering van deze goederen wordt verricht, evenals voor diensten, kan de vrijstelling worden verleend in de vorm van teruggaaf van de btw overeenkomstig artikel 151, lid 2, van Richtlijn 2006/112/EG.
Voetnoten
PB L 206 van 8.8.2009, blz. 1.