Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2019/944 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging van Richtlijn 2012/27/EU
Artikel 2 Definities
Geldend
Geldend vanaf 16-07-2024
- Bronpublicatie:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1711 (uitgifte: 26-06-2024, regelingnummer: 2024/1711)
- Inwerkingtreding
16-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1711 (uitgifte: 26-06-2024, regelingnummer: 2024/1711)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Europees energierecht
EU-recht / Marktintegratie
Milieurecht / Energie
Energierecht / Energieopwekking
Energierecht / Distributie
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
- 1)
‘afnemer’: een grootafnemer of een eindafnemer van elektriciteit;
- 2)
‘grootafnemer’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit koopt voor wederverkoop binnen of buiten het systeem waarop deze persoon aangesloten is;
- 3)
‘eindafnemer’: een afnemer die elektriciteit koopt voor eigen gebruik;
- 4)
‘huishoudelijke afnemer’: een afnemer die elektriciteit koopt voor eigen huishoudelijk gebruik en niet voor commerciële of professionele activiteiten;
- 5)
‘niet-huishoudelijke afnemer’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit koopt die niet voor eigen huishoudelijk gebruik is bestemd; onder dit begrip vallen tevens producenten industriële afnemers, kleine en middelgrote ondernemingen, bedrijven en grootafnemers;
- 6)
‘micro-onderneming’: onderneming met minder dan tien werknemers en een jaaromzet en/of een jaarlijks balanstotaal van ten hoogste 2 miljoen EUR;
- 7)
‘kleine onderneming’: onderneming met minder dan vijftig werknemers en een jaaromzet en/of een jaarlijks balanstotaal van ten hoogste 10 miljoen EUR;
- 8)
‘actieve afnemer’: een eindafnemer, of een groep gezamenlijk optredende eindafnemers, die op eigen terrein binnen afgebakende grenzen opgewekte of op andere locaties zelfopgewekte of gedeelde elektriciteit verbruikt of opslaat, of die zelfopgewekte elektriciteit verkoopt of deelneemt aan flexibiliteits- of energie-efficiëntieregelingen, mits die activiteiten niet zijn belangrijkste commerciële of professionele activiteit vormen;
- 9)
‘elektriciteitsmarkten’: markten voor elektriciteit, onder meer over-the-counter-markten en elektriciteitsbeurzen, markten voor de verhandeling van energie, capaciteit, balancerings- en ondersteunende diensten in alle tijdsbestekken, waaronder termijn-, day-ahead- en intraday-markten;
- 10)
- 10 bis)
‘energiedelen’: de zelfconsumptie door actieve afnemers van hernieuwbare energie:
- a)
die offsite of op gemeenschappelijke locaties wordt opgewekt of opgeslagen door een faciliteit die zij geheel of gedeeltelijk bezitten, leasen of huren, of
- b)
waarop het recht al dan niet gratis aan hen is overgedragen door een andere actieve afnemer;
- 11)
‘energiegemeenschap van burgers’: een juridische entiteit die:
- a)
gebaseerd is op vrijwillige en open deelname en waarover leden of aandeelhouders, die natuurlijke personen, lokale autoriteiten, waaronder gemeenten, of kleine ondernemingen zijn, feitelijke zeggenschap hebben;
- b)
waarvan het hoofddoel veeleer bestaat uit het bieden van milieu-, economische of sociale gemeenschapsvoordelen aan haar leden of aandeelhouders of aan de plaatselijke gebieden waar ze werkzaam is dan uit winst maken, en
- c)
zich bezig kan houden met de productie, waaronder uit hernieuwbare bronnen, distributie, levering, verbruik, aggregatie, energieopslag, energie-efficiëntiediensten, oplaaddiensten voor elektrische voertuigen of andere energiediensten aan haar leden of aandeelhouders kan aanbieden;
- 12)
‘levering’: verkoop, wederverkoop daaronder begrepen, van elektriciteit aan afnemers;
- 13)
‘elektriciteitsleveringscontract’: een contract voor de levering van elektriciteit, elektriciteitsderivaten niet inbegrepen;
- 14)
- 15)
‘contract op basis van een dynamische elektriciteitsprijs’: een elektriciteitsleveringscontract voor de levering van elektriciteit tussen een leverancier en een eindafnemer waarin de prijsvariatie op de spotmarkten, waaronder de day-ahead- en intraday-markten, wordt weerspiegeld in intervallen die ten minste overeenkomen met de marktvereffeningsperiode;
- 15 bis)
‘elektriciteitsleveringscontract met een vaste looptijd en een vaste prijs’: een elektriciteitsleveringscontract tussen een leverancier en een eindafnemer dat garandeert dat de contractuele voorwaarden, inclusief de prijs, voor de duur van het contract ongewijzigd blijven, maar dat voor een vaste prijs een flexibel element kan bevatten met bijvoorbeeld piek- en dalprijsvariaties, en waarbij veranderingen in de uiteindelijke factuur uitsluitend het gevolg kunnen zijn van elementen die niet door de leveranciers worden bepaald, zoals belastingen en heffingen;;
- 16)
‘opzegvergoeding’: een heffing of boete die wordt opgelegd aan afnemers door leveranciers of marktdeelnemers die aan aggregatie doen voor opzegging van een contract voor elektriciteitslevering of -diensten;
- 17)
‘overstapgerelateerde vergoeding’: iedere heffing of boete die rechtstreeks of indirect door leveranciers, marktdeelnemers die aan aggregatie doen of systeembeheerders aan afnemers wordt opgelegd vanwege het overstappen op een andere leverancier of op een andere marktdeelnemer die aan aggregatie doet, waaronder opzegvergoedingen;
- 18)
‘aggregatie’: een functie van een natuurlijke of rechtspersoon die de belasting of de opgewekte elektriciteit van verschillende afnemers voor de verkoop, koop of veiling op een elektriciteitsmark combineert;
- 19)
‘onafhankelijke aankoopgroepering’: een marktdeelnemer die aan aggregatie doet en niet is aangesloten bij de leverancier van de afnemer;
- 20)
‘vraagrespons’: de verandering van de elektriciteitsbelasting door eindafnemers ten opzichte van hun normale of bestaande verbruikspatronen, in reactie op de marktsignalen, waaronder tijdvariabele elektriciteitsprijzen of financiële prikkels, of in reactie op het aanvaarden van het bod van de eindafnemer, individueel of via aggregatie, om vraagvermindering of -verhoging voor een bepaalde prijs te verkopen op de georganiseerde markt, zoals gedefinieerd in Artikel 2, punt 4, van de Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1348/2014 van de Commissie (2);
- 21)
‘factureringsinformatie’: informatie die wordt verstrekt op een factuur van een eindafnemer, afgezien van een betalingsverzoek;
- 22)
‘conventionele meter’: een analoge meter of een elektronische meter zonder capaciteit om gegevens zowel te verzenden als te ontvangen;
- 23)
‘slimme-metersysteem’: een elektronisch systeem dat de elektriciteit die in het net wordt ingevoed of die uit het net wordt verbruikt kan meten, dat meer informatie verstrekt dan een conventionele meter, en dat data kan verzenden en ontvangen voor informatie-, monitoring- en controledoeleinden door middel van een vorm van elektronische communicatie;
- 24)
‘interoperabiliteit’: in de context van slimme-metersystemen, de mogelijkheid van twee of meer energie- of communicatienetwerken, -systemen, -apparaten, -toepassingen of -componenten om samen te werken om informatie uit te wisselen en te gebruiken om bepaalde vereiste functies uit te oefenen;
- 24 bis)
‘noodleverancier’: een leverancier die wordt aangewezen om de elektriciteitslevering aan afnemers over te nemen van een leverancier die zijn activiteiten heeft gestaakt;
- 24 ter)
‘energiearmoede’: energiearmoede, zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 52), van Richtlijn (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad (3);
- 24 quater)
‘flexibeleaansluitovereenkomst’: een reeks overeengekomen voorwaarden voor het aansluiten van elektriciteitscapaciteit op het net, waaronder voorwaarden om de injectie van elektriciteit in en de afname van elektriciteit uit het transmissie- of het distributienet te beperken en te regelen;
- 25)
- 26)
‘bijna-realtime’: in de context van slimme-metersystemen, een korte tijdspanne, gewoonlijk niet meer dan enkele seconden, tot maximum de termijn voor onbalansverrekening op de nationale markt;
- 27)
‘beste beschikbare technieken’: in de context van gegevensbescherming en -beveiliging in een omgeving van slimme-metersystemen, de meest doeltreffende, geavanceerde en praktisch bruikbare technieken, waarmee in principe de basis wordt gelegd voor de naleving van de gegevensbeschermingsvoorschriften van de Unie;
- 28)
‘distributie’: transport van elektriciteit langs hoog-, midden- en laagspanningsdistributiesystemen met het oog op de belevering aan afnemers, de levering zelf niet inbegrepen;
- 29)
‘distributiesysteembeheerder’: natuurlijke persoon of rechtspersoon die in een bepaald gebied verantwoordelijk is voor de exploitatie, het onderhoud en, zo nodig, de ontwikkeling van het distributiesysteem alsook, indien van toepassing, de interconnecties ervan met andere systemen, en die ervoor moet zorgen dat het systeem op lange termijn kan voldoen aan een redelijke vraag naar distributie van elektriciteit;
- 30)
‘energie-efficiëntie’, de verhouding tussen de verkregen prestatie, dienst, goederen of energie, en de energie-input;
- 31)
‘energie uit hernieuwbare bronnen’ of ‘hernieuwbare energie’: energie uit hernieuwbare bronnen of hernieuwbare energie, zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 1), van Richtlijn (EU) 2018/2001;
- 32)
‘gedistribueerde productie’: productie-installaties die aangesloten zijn op het distributiesysteem;
- 33)
‘oplaadpunt’: een aansluiting, waarmee telkens één elektrisch voertuig kan worden opgeladen of de batterij van telkens één elektrisch voertuig kan worden vervangen;
- 34)
‘transmissie’: transport van elektriciteit langs het extra hoogspannings- en hoogspanningsstelsel van systemen, met het oog op de belevering van eindafnemers of distributiemaatschappijen, de levering zelf niet inbegrepen;
- 35)
‘transmissiesysteembeheerder’: natuurlijke persoon of rechtspersoon die in een bepaald gebied verantwoordelijk is voor de exploitatie, het onderhoud en, zo nodig, de ontwikkeling van het transmissiesysteem alsook, indien van toepassing, de interconnecties ervan met andere systemen en die ervoor moet zorgen dat het systeem op lange termijn kan voldoen aan een redelijke vraag naar transmissie van elektriciteit;
- 36)
‘systeemgebruiker’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die levert aan of afneemt van een transmissie- of distributiesysteem;
- 37)
‘productie’: productie van elektriciteit;
- 38)
‘producent’: natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit opwekt;
- 39)
‘interconnector’: uitrusting om elektriciteitssystemen onderling te koppelen;
- 40)
‘stelsel van systemen’: een aantal transmissie- en distributiesystemen die door middel van een of meer interconnectoren met elkaar zijn verbonden;
- 41)
‘directe lijn’: een elektriciteitslijn die een geïsoleerde productielocatie met een geïsoleerde afnemer verbindt, of een elektriciteitslijn die een elektriciteitsproducent en een elektriciteitsleverancier met elkaar verbindt om hun eigen vestigingen, dochterondernemingen en afnemers direct te bevoorraden;
- 42)
‘kleinschalig geïsoleerd systeem’: systeem met een verbruik van minder dan 3 000 GWh in 1996 en waarvan minder dan 5 % van het jaarverbruik via interconnectie met andere systemen wordt verkregen;
- 43)
‘kleinschalig verbonden systeem’: systeem met een verbruik van minder dan 3 000 GWh in 1996 waarvan meer dan 5 % van het jaarverbruik via interconnectie met andere systemen wordt verkregen;
- 44)
- 45)
- 46)
- 47)
- 48)
‘ondersteunende dienst’: een dienst die nodig is voor de exploitatie van een transmissie- of distributiesysteem, met inbegrip van balanceringsdiensten en niet-frequentiegerelateerde ondersteunende diensten, maar uitgezonderd congestiebeheer;
- 49)
‘niet-frequentiegerelateerde ondersteunende dienst’: een dienst die wordt gebruikt door een transmissie- of distributiesysteembeheerder voor spanningsregeling in stationaire toestand, snelle blindstroominjecties, inertie voor plaatselijke netstabiliteit, kortsluitstroom, blackstartmogelijkheden en inzetbaarheid in eilandbedrijf;
- 50)
‘regionaal coördinatiecentrum’: een regionaal coördinatiecentrum zoals opgericht uit hoofde van artikel 35 van Verordening (EU) 2019/943;
- 51)
‘volledig geïntegreerde netwerkcomponenten’: netwerkcomponenten die in het transmissie- of distributiesysteem, met inbegrip van opslagfaciliteiten, geïntegreerd zijn en die uitsluitend gebruikt worden voor het waarborgen van een veilig en betrouwbaar beheer van het transmissie- of distributiesysteem, en niet voor balancerings- of congestiebeheer;
- 52)
‘geïntegreerd elektriciteitsbedrijf’: een verticaal of horizontaal geïntegreerd bedrijf;
- 53)
‘verticaal geïntegreerd bedrijf’: elektriciteitsbedrijf of groep van elektriciteitsbedrijven waarin dezelfde persoon of dezelfde personen, direct of indirect, het recht hebben zeggenschap uit te oefenen en waarbij het bedrijf of de groep van bedrijven ten minste een van de functies van transmissie of distributie en ten minste een van de functies van productie of levering verricht;
- 54)
‘horizontaal geïntegreerd bedrijf’: elektriciteitsbedrijf dat ten minste een van de functies van productie voor de verkoop, transmissie, distributie of levering, en daarnaast een niet op het gebied van elektriciteit liggende activiteit verricht;
- 55)
- 56)
‘zeggenschap’: rechten, overeenkomsten of andere middelen die, afzonderlijk of tezamen, met inachtneming van alle feitelijke of juridische omstandigheden, het mogelijk maken een beslissende invloed uit te oefenen op de activiteiten van een onderneming, met name:
- a)
eigendoms- of gebruiksrechten op alle activa van een onderneming of delen daarvan;
- b)
rechten of overeenkomsten die een beslissende invloed verschaffen op de samenstelling, het stemgedrag of de besluiten van de organen van een onderneming;
- 57)
‘elektriciteitsbedrijf’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die ten minste een van de volgende functies vervult: productie, transmissie, distributie, aggregatie, vraagrespons, energieopslag, levering of aankoop van elektriciteit, en die verantwoordelijk is voor de met deze functies verband houdende commerciële, technische of onderhoudswerkzaamheden, maar die geen eindafnemer is;
- 58)
‘zekerheid’: zowel de zekerheid van levering en voorziening van elektriciteit als de technische beveiliging;
- 59)
‘energieopslag’: in het elektriciteitssysteem, het uitstellen van het uiteindelijke gebruik van elektriciteit tot een later moment dan het moment waarop de elektriciteit is opgewekt, of het omzetten van elektrische energie in een vorm van energie die kan worden opgeslagen, het opslaan van dergelijke energie, en de daaropvolgend omzetting van dergelijke energie in elektrische energie of een andere energiedrager;
- 60)
‘energieopslagfaciliteit’: in het elektriciteitssysteem, een installatie waar energieopslag plaatsvindt.
Voetnoten
Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349).
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1348/2014 van de Commissie van 17 december 2014 inzake de informatieverstrekking overeenkomstig artikel 8, leden 2 en 6, van Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PB L 363 van 18.12.2014, blz. 121).
Richtlijn (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 betreffende energie-efficiëntie en tot wijziging van Verordening (EU) 2023/955 (PB L 231 van 20.9.2023, blz. 1).
Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 19).