Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 582/2011 tot uitvoering en wijziging van Verordening (EG) nr. 595/2009 en tot wijziging van de bijlagen I en III bij Richtlijn 2007/46/EG
Artikel 5 Aanvraag voor EG-typegoedkeuring van een motorsysteem of motorenfamilie als technische eenheid wat emissies betreft
Geldend
Geldend van 15-12-2019 tot 01-07-2031
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-01-2021.
- Bronpublicatie:
07-11-2019, PbEU 2019, L 303 (uitgifte: 25-11-2019, regelingnummer: 2019/1939)
- Inwerkingtreding
15-12-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-11-2019, PbEU 2019, L 303 (uitgifte: 25-11-2019, regelingnummer: 2019/1939)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Lucht
Verkeersrecht / Voertuigeisen
1.
De fabrikant dient bij de goedkeuringsinstantie een aanvraag in voor de EG-typegoedkeuring van een motorsysteem of motorenfamilie als technische eenheid.
2.
De in lid 1 bedoelde aanvraag wordt opgesteld overeenkomstig het in aanhangsel 4 van bijlage I opgenomen model van het inlichtingenformulier. Daarbij is deel 1 van dat aanhangsel van toepassing.
3.
De fabrikant voegt bij de aanvraag een documentatiepakket met een volledige toelichting op alle elementen van het ontwerp die van invloed zijn op emissies, de emissiebeheersingsstrategie van het motorsysteem, de middelen waarmee het motorsysteem de uitgangsvariabelen regelt die van invloed zijn op emissies en de vraag of dit direct of indirect wordt geregeld, de maatregelen ter voorkoming van manipulatie alsook een volledige toelichting op het bij de punten 4 en 5 van bijlage XIII voorgeschreven waarschuwings- en aansporingssysteem. Het documentatiepakket wordt door de goedkeuringsinstantie van een kenmerk voorzien en gedateerd en wordt gedurende ten minste tien jaar na het verlenen van de goedkeuring door die instantie bewaard.
Het documentatiepakket dient te bestaan uit de volgende onderdelen:
de gegevens van punt 8 van bijlage I;
een AES-documentatiepakket, zoals beschreven in aanhangsel 11 van bijlage I, zodat de goedkeuringsinstanties het juiste gebruik van de AES kunnen beoordelen.
Op verzoek van de fabrikant verricht de goedkeuringsinstantie een voorlopige beoordeling van de aanvullende emissiestrategieën voor nieuwe voertuigtypen. In dat geval verstrekt de fabrikant tussen twee en twaalf maanden vóór het begin van de typegoedkeuringsprocedure een ontwerp van het AES-documentatiepakket aan de goedkeuringsinstantie.
Op basis van het door de fabrikant verstrekte ontwerp van het AES-documentatiepakket verricht de goedkeuringsinstantie een voorlopige beoordeling. De goedkeuringsinstantie verricht de voorlopige beoordeling volgens de in bijlage VI, aanhangsel 2, beschreven methode. In uitzonderlijke en naar behoren gemotiveerde gevallen mag de goedkeuringsinstantie van die methode afwijken.
De voorlopige beoordeling van de aanvullende emissiestrategie voor nieuwe voertuigtypen blijft gedurende 18 maanden geldig met het oog op de typegoedkeuring. Die periode kan met twaalf maanden worden verlengd indien de fabrikant aan de goedkeuringsinstantie aantoont dat er geen nieuwe technologieën op de markt beschikbaar zijn gekomen die de voorlopige beoordeling van de aanvullende emissiestrategie zouden veranderen.
Het Forum voor de uitwisseling van handhavingsinformatie stelt jaarlijks een lijst op van de aanvullende emissiestrategieën die door de goedkeuringsinstanties niet-aanvaardbaar werden geacht, die door de Commissie openbaar gemaakt wordt.
4.
Naast de in lid 3 bedoelde informatie verstrekt de fabrikant de volgende gegevens:
- a)
in het geval van motoren met elektrische ontsteking, een verklaring van de fabrikant betreffende het minimumpercentage ontstekingsfouten op het totale aantal ontstekingspogingen dat ertoe zou kunnen leiden dat de emissies de in bijlage X vermelde grenswaarden overschrijden indien dat percentage vanaf het begin van de in bijlage III beschreven emissietest aanwezig was geweest, of dat zou kunnen leiden tot oververhitting van de katalysator of katalysatoren, met onherstelbare schade tot gevolg;
- b)
een beschrijving van de maatregelen die zijn genomen om manipulatie of wijziging van de emissiebeheersingscomputer(s) te voorkomen, inclusief een inrichting voor updating met behulp van een door de fabrikant goedgekeurd programma of een door hem goedgekeurde kalibratie;
- c)
documentatie van het OBD-systeem overeenkomstig punt 5 van bijlage X;
- d)
vervallen;
- e)
een conformiteitsverklaring betreffende emissies buiten de cyclus, overeenkomstig artikel 14 en punt 9 van bijlage VI;
- f)
een conformiteitsverklaring over de prestaties van het OBD-systeem tijdens het gebruik, overeenkomstig aanhangsel 6 van bijlage X;
- g)
vervallen;
- h)
het aanvankelijke plan voor de tests tijdens het gebruik volgens punt 2.4 van bijlage II;
- i)
eventueel kopieën van andere typegoedkeuringen met de gegevens die vereist zijn voor de uitbreiding van goedkeuringen en de vaststelling van verslechteringsfactoren;
- j.
in voorkomend geval de documentatiepakketten die nodig zijn voor de correcte installatie van de motor waarvoor typegoedkeuring als technische eenheid is verleend.
5.
De fabrikant stelt de voor de typegoedkeuringstests verantwoordelijke technische dienst een motor of in voorkomend geval een basismotor ter beschikking die representatief is voor het goed te keuren type.
6.
Wijzigingen van het merk van een systeem, onderdeel of technische eenheid na typegoedkeuring maken de typegoedkeuring niet automatisch ongeldig, tenzij de oorspronkelijke kenmerken of technische parameters ervan zodanig worden gewijzigd dat de functionaliteit van de motor of het systeem voor verontreinigingsbeheersing wordt beïnvloed.