Einde inhoudsopgave
Wet educatie en beroepsonderwijs
Artikel 8.1.3a Afspraken met betrekking tot extra ondersteuning
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2023
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 134 (uitgifte: 04-04-2022, kamerstukken: 35625)
- Inwerkingtreding
01-08-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-06-2022, Stb. 2022, 264 (uitgifte: 28-06-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
1.
Het bevoegd gezag beoordeelt voorafgaande aan de inschrijving van de student of vavo-student of deze student of vavo-student extra ondersteuning behoeft in verband met handicap of chronische ziekte en onderzoekt daartoe zijn mogelijkheden, behoeften en omstandigheden. Het bevoegd gezag kan de student of vavo-student verzoeken gegevens te overleggen betreffende handicap of chronische ziekte of beperkingen in de onderwijsparticipatie.
2.
Indien de inschrijving een student of vavo-student betreft die extra ondersteuning behoeft in verband met handicap of chronische ziekte, vindt de inschrijving slechts plaats nadat het bevoegd gezag met de student of vavo-student schriftelijke afspraken heeft gemaakt over deze ondersteuning.
3.
De afspraken worden ten minste één keer per studiejaar met de student of vavo-student geëvalueerd op hun doeltreffendheid.
4.
Indien de noodzaak van extra ondersteuning in verband met handicap of chronische ziekte na de inschrijving ontstaat, zijn het tweede en derde lid van overeenkomstige toepassing.