Einde inhoudsopgave
Telecommunicatiewet
Artikel 7.4 [Kwaliteitsrapportage]
Geldend
Geldend vanaf 02-03-2022
- Bronpublicatie:
16-02-2022, Stb. 2022, 83 (uitgifte: 23-02-2022, kamerstukken: 35865)
- Inwerkingtreding
02-03-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-02-2022, Stb. 2022, 95 (uitgifte: 01-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
De Autoriteit Consument en Markt bepaalt de te hanteren parameters voor de kwaliteit van de dienstverlening met betrekking tot internettoegangsdiensten en voor het publiek beschikbare interpersoonlijke communicatiediensten en de daartoe te hanteren meetmethoden op basis van de in dat kader door BEREC vastgestelde richtsnoeren en, in voorkomend geval, de in bijlage X van richtlijn (EU) 2018/1972 vermelde parameters, definities en meetmethoden.
2.
Maatregelen van aanbieders van internettoegangsdiensten en voor het publiek beschikbare interpersoonlijke communicatiediensten om de kwaliteit van hun dienstverlening te waarborgen zijn in overeenstemming met de netneutraliteitsverordening.
3.
De Autoriteit Consument en Markt kan aanbieders van internettoegangsdiensten en voor het publiek beschikbare interpersoonlijke communicatiediensten die zelf ten minste enkele elementen van het netwerk beheren de verplichting opleggen om met betrekking tot die diensten volledige, vergelijkbare, betrouwbare, gebruiksvriendelijke en actuele informatie bekend te maken over:
- a.
de kwaliteit van hun diensten;
- b.
de maatregelen die zijn genomen om gelijkwaardige toegang voor eindgebruikers met een handicap te waarborgen;
- c.
de afhankelijkheid van de kwaliteit van de dienstverlening van externe factoren, indien van toepassing en indien de eindgebruikers consumenten zijn.
4.
Aan de verplichting kunnen door de Autoriteit Consument en Markt voorschriften worden verbonden die nodig zijn voor een goede uitvoering van die verplichting.
5.
De Autoriteit Consument en Markt zendt Onze Minister ten minste vier weken voor de vaststelling van een besluit als bedoeld in het eerste en derde lid het ontwerp daarvan ter kennisneming toe.
6.
Indien Onze Minister voornemens is te reageren op het ontwerp, stelt hij de Autoriteit Consument en Markt hiervan binnen twee weken van het ontwerp in kennis.
7.
De Autoriteit Consument en Markt maakt een door haar vastgesteld besluit als bedoeld in het eerste en derde lid bekend in de Staatscourant.