Einde inhoudsopgave
Telecommunicatiewet
Artikel 7.2c [Overstappen van internetprovider]
Geldend
Geldend vanaf 21-12-2020
- Bronpublicatie:
11-06-2020, Stb. 2020, 199 (uitgifte: 24-06-2020, kamerstukken: 35368)
- Inwerkingtreding
21-12-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-06-2020, Stb. 2020, 199 (uitgifte: 24-06-2020, kamerstukken: 35368)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Dit artikel is van toepassing op het overstappen van internettoegangsdienst.
2.
De ontvangende en overdragende aanbieder:
- a.
verstrekken de abonnee vóór en tijdens het overstapproces toereikende informatie over het overstapproces;
- b.
waarborgen de continuïteit van de levering van de dienst, tenzij dit technisch niet haalbaar is, met dien verstande dat de levering niet langer dan één werkdag wordt onderbroken;
- c.
werken te goeder trouw samen ten behoeve van het overstappen;
- d.
veroorzaken geen vertraging of misbruik van het overstapproces, en
- e.
zorgen ervoor dat het overstappen niet plaatsvindt zonder uitdrukkelijke toestemming van de abonnee.
3.
De ontvangende aanbieder:
- a.
biedt de abonnee in bij algemene maatregel van bestuur te bepalen gevallen aan om namens hem diens overeenkomst met de overdragende aanbieder op te zeggen met ingang van de datum die de abonnee met de ontvangende aanbieder is overeengekomen,
- b.
zegt de overeenkomst op als bedoeld in onderdeel a, indien de abonnee van het aanbod gebruikmaakt, en
- c.
activeert de levering zo snel mogelijk, op de datum en binnen het tijdsbestek die uitdrukkelijk met de abonnee zijn overeengekomen.
4.
De overdragende aanbieder:
- a.
blijft zijn dienst onder dezelfde voorwaarden leveren tot de ontvangende aanbieder de levering activeert;
- b.
zorgt ervoor dat zijn overeenkomst met de abonnee automatisch wordt opgezegd wanneer het overstapproces is afgerond, en
- c.
betaalt eventueel resterende tegoeden voor vooruitbetaalde diensten terug aan een consument die daar om verzoekt, met inachtneming van het bepaalde in artikel 106, zesde lid, laatste twee volzinnen, van richtlijn (EU) 2018/1972.
5.
Het eerste tot en met vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing op alle afzonderlijke elementen van een bundel ten aanzien van consumenten, en ten aanzien van micro-ondernemingen, kleine ondernemingen of organisaties zonder winstoogmerk, tenzij een dergelijke onderneming of organisatie er expliciet mee heeft ingestemd dat deze leden niet of slechts gedeeltelijk van toepassing zijn.
6.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de verplichtingen, bedoeld in het eerste tot en met vierde lid.
7.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over de compensatie van de abonnee voor gevallen waarin niet is voldaan aan de verplichtingen, bedoeld in het eerste tot en met vierde lid.