Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.139 Negatieve persoonsgebonden aftrek
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
18-12-2019, Stb. 2019, 514 (uitgifte: 27-12-2019, kamerstukken: 35306)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2021, Stb. 2021, 349 (uitgifte: 16-07-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Persoonsgebonden aftrek
Als negatieve persoonsgebonden aftrek van een belastingplichtige wordt in aanmerking genomen:
- a.
hetgeen door hem is ontvangen als teruggave van of nagekomen betaling ter zake van onderhoudsverplichtingen die op grond van afdeling 6.2 in aanmerking zijn genomen;
- b.
hetgeen door hem is ontvangen als teruggave van of nagekomen betaling ter zake van uitgaven voor specifieke zorgkosten die op grond van afdeling 6.5 in aanmerking zijn genomen, ten hoogste tot het bedrag van de uitgaven die in aftrek zijn gekomen;
- c.
het bedrag dat door hem is ontvangen ten gevolge van de ontbinding of herroeping van een schenking die op grond van afdeling 6.9 in aanmerking is genomen, indien van toepassing vermeerderd met het bedrag, bedoeld in artikel 6.39a, voor zover dat bedrag of die bedragen in aftrek is onderscheidenlijk zijn gekomen.