Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 125la [Kennisneming en vastlegging gegevens van, voor en over de verdachte van machtiging R-C]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2006
- Bronpublicatie:
16-07-2005, Stb. 2005, 390 (uitgifte: 01-01-2005, kamerstukken: 29441)
- Inwerkingtreding
01-01-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2005, Stb. 2005, 609 (uitgifte: 01-01-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Indien bij een doorzoeking ter vastlegging van gegevens bij een aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst gegevens worden aangetroffen die niet voor deze bestemd of van deze afkomstig zijn, is de officier van justitie slechts bevoegd te bepalen dat van deze gegevens wordt kennisgenomen en dat deze worden vastgelegd, voor zover zij klaarblijkelijk van de verdachte afkomstig zijn, voor hem bestemd zijn, op hem betrekking hebben of tot het begaan van het strafbare feit hebben gediend, ofwel klaarblijkelijk met betrekking tot die gegevens het strafbare feit is gepleegd. De officier van justitie behoeft hiervoor een voorafgaande schriftelijke machtiging, op zijn vordering te verlenen door de rechter-commissaris.