Einde inhoudsopgave
Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie
Artikel 184 Regeling van de proceskosten in hogere voorzieningen
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2012
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2013, L 38).
- Bronpublicatie:
25-09-2012, PbEU 2012, L 265 (uitgifte: 29-09-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-09-2012, PbEU 2012, L 265 (uitgifte: 29-09-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
EU-recht / Rechtsbescherming
1.
Onverminderd de navolgende bepalingen, zijn de artikelen 137 tot en met 146 van dit Reglement van overeenkomstige toepassing op de procedure voor het Hof die een hogere voorziening tegen een beslissing van het Gerecht tot voorwerp heeft.
2.
Wanneer de hogere voorziening ongegrond is of wanneer het Hof, bij gegrondheid ervan, de zaak zelf afdoet, beslist het Hof over de kosten.
3.
In geval van gegrondheid van de hogere voorziening ingesteld door een lidstaat of een instelling van de Unie die niet heeft geïntervenieerd in de zaak voor het Gerecht, kan het Hof de kosten over de partijen verdelen of de in het gelijk gestelde rekwirerende partij verwijzen in de kosten die een in het ongelijk gestelde partij wegens de hogere voorziening heeft gemaakt.
4.
Wanneer zij niet zelf de hogere voorziening heeft ingesteld, kan een partij die in eerste aanleg heeft geïntervenieerd alleen in de kosten van de hogere voorziening worden verwezen indien zij aan de schriftelijke of mondelinge behandeling bij het Hof heeft deelgenomen. Wanneer een dergelijke partij aan de procedure deelneemt, kan het Hof beslissen dat zij haar eigen kosten draagt.