Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1139 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 en Verordening (EEG) nr. 3922/91
Artikel 57 Uitvoeringshandelingen ten aanzien van onbemande luchtvaartuigen
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 02-08-2026.
- Bronpublicatie:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1689 (uitgifte: 12-07-2024, regelingnummer: 2024/1689)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2024, PbEU L 2024, 2024/1689 (uitgifte: 12-07-2024, regelingnummer: 2024/1689)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Vervoersrecht / Europees vervoersrecht
Met het oog op de eenvormige uitvoering en naleving van de in artikel 55 bedoelde essentiële eisen, stelt de Commissie voor het uitvoeren van vluchten met de in artikel 2, lid 1, onder a) en b), bedoelde luchtvaartuigen waar het gaat om onbemande luchtvaartuigen, alsmede voor bij deze activiteiten betrokken personeel, onder wie piloten op afstand, en organisaties, en op basis van de in artikel 4 vermelde beginselen en met het oog op de verwezenlijking van de in artikel 1 genoemde doelstellingen, uitvoeringshandelingen vast waarin nadere bepalingen worden vastgelegd met betrekking tot:
- a)
de specifieke regels en procedures voor de uitvoering van vluchten met onbemande luchtvaartuigen alsmede voor bij deze activiteiten betrokken personeel, onder wie piloten op afstand, en organisaties;
- b)
de regels en procedures voor het afgeven, handhaven, wijzigen, beperken, schorsen of intrekken van de certificaten, of voor het afleggen van verklaringen, voor de uitvoering van vluchten met onbemande luchtvaartuigen alsmede voor bij deze activiteiten betrokken personeel, onder wie piloten op afstand, en organisaties, en voor de situaties waarin die certificaten of verklaringen verplicht zijn. De regels en procedures voor het afgeven van deze certificaten en het afleggen van deze verklaringen kunnen gebaseerd zijn op, of bestaan uit, de gedetailleerde voorschriften als bedoeld in de delen I, II en III;
- c)
de rechten en verantwoordelijkheden van de houders van certificaten en van natuurlijke en rechtspersonen die verklaringen indienen;
- d)
de regels en procedures voor de registratie en markering van onbemande luchtvaartuigen en voor de registratie van exploitanten van onbemande luchtvaartuigen, bedoeld in deel 4 van bijlage IX;
- e)
de regels en procedures voor het opzetten van digitale, interoperabele, geharmoniseerde, nationale registratiesystemen, bedoeld in artikel 56, lid 7;
- f)
de regels en procedures voor de omzetting van nationale certificaten in de krachtens artikel 56, lid 1, verplichte certificaten.
Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 127, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.
Bij het vaststellen van die uitvoeringshandelingen betreffende artificiële-intelligentiesystemen die veiligheidscomponenten zijn in de zin van Verordening (EU) 2024/1689, worden de eisen van hoofdstuk III, afdeling 2, van die verordening in aanmerking genomen.